Wonen op stand: slot Rossum staat te koop

Afb. 1. Slot Rossum: witte neo-Tudor pracht weerspiegeld in de slotgracht.

Eens stond op deze plek het kasteel Rossum van het roemruchte adellijke geslacht Van Rossem. Dit kasteel werd tijdens het beleg van Zaltbommel in 1599 verwoest en de ruïne bleef er nog lang staan. In 1740 werd dit afgebroken en het geslacht Van Randwijck bouwde hier een klein slot voor de rentmeester.

In 1850 bouwde Godard Adrian Jacob baron van Randwijck, heer van Rossum, Heesselt en Beek (1805-1870) hier het huidige Slot Rossum, dat in de Engelse neo-Tudorstijl werd gebouwd, compleet met hoektorentjes, kantelen en imposante raampartijen. Het slot bleef familiebezit van de baronnen Van Randwijck, maar werd in 1949 verkocht.

Nu staat het opnieuw te koop en voor 4.100.000 euro is het slot met 24 kamers uw eigendom, inclusief het koetshuis, garage en de tuin van bijna 10.000 m².

Kijk voor een uitgebreide fotoreportage op https://www.funda.nl/koop/rossum-ge/huis-41080326-slotselaan-6/

Afb. 2. In de hal statige deuren in neo-Tudorstijl, marmeren vloertegels en een fraaie trap.
Afb. 3. In de grote zaal fraai stucwerk en hoge ramen in neogotische stijl.

 

Kronieken van het Frankische Rijk


Er wordt weleens gezegd dat alle Europeanen van Karel de Grote afstammen. Velen, zowel in adellijke als niet-adellijke families, kunnen bewijsbaar aantonen dat zij van hem een nakomeling zijn. In dit boek komt de wereld van Karel de Grote tot leven.

Aan Einhard, werkzaam aan het hof van Karel de Grote, worden de Annales Regni Francorum toegeschreven, die nu voor het eerst in een complete Nederlandse vertaling beschikbaar zijn voor historici, studenten Geschiedenis, latinisten en iedereen met interesse voor middeleeuws Europa.

De Annales beschrijven de jaren 741 tot en met 829: zowel de aanloop naar de heerschappij van Karel de Grote als ook de opvolging in 814 door zijn zoon Lodewijk de Vrome komt uitgebreid aan bod. Het is de periode waarin uitbreiding en bestendiging van machtsposities, van de daarmee gepaard gaande gebiedsvergroting door strijd, inlijving en oorlogen, en veel onderhandelingen met ambassadeurs van andere machthebbers centraal staan en tot in detail beschreven worden.
Naast de Latijnse tekst en de Nederlandse vertaling bevat de publicatie een omvangrijk corpus annotaties over personen, topografische aanduidingen en gebeurtenissen, zodat hedendaagse lezers zich een afgewogen beeld kunnen vormen over hoe de drie grootmachten – Franken, Byzantijnen en Arabieren – zich destijds met elkaar verstonden en elkaar bestreden, en over hoe opeenvolgende pausen en de Frankische heersers tussen 741 en 829 elkaar wederzijds nodig hadden.
De tweetalige uitgave wordt aangevuld met inleidende hoofdstukken over de heerschappij van Karel de Grote, over het nut van historische kronieken voor ons, over de bestaande edities van de Annales en over Einhard; voorts zijn een kaart van het Frankische Rijk, een stamboom en een uitgebreide index opgenomen.

Link naar bestelmogelijkheid https://verloren.nl/boeken/periodes/middeleeuwen_4/kronieken-van-het-frankische-rijk

Nieuwe voorzitter Nederlandse Kastelenstichting: Robert Quarles van Ufford

De Nederlandse Kastelenstichting (NKS) heeft sinds kort een nieuwe voorzitter: jonkheer drs. Robert Quarles van Ufford (1967). Robert Quarles volgt drs. Max graaf Schimmelpenninck op, die deze functie ad interim heeft vervuld.

Robert Quarles is historicus en oud-diplomaat en was in de jaren 2011-2015 algemeen secretaris van de National UNESCO Commissie en van 2015 tot 2019 directeur van de Nationale Monumentenorganisatie. Tussen 2010 en 2020 was hij voorzitter van ICOMOS Nederland. Sinds 2019 is hij voorzitter van de International Council on Monuments and Sites (ICOMOS) International Credentials Committee en vanaf 2020 nationaal coördinator van Europa Nostra.

In het tijdschrift MONUMENTAAL vertelt hij over de ambitie om de Nederlandse Kastelenstichting te laten uitgroeien tot een kennis gedreven pleitbezorger voor behoud van kastelen en buitenplaatsen, hun historische interieurs en het omliggende historische groen. Robert Quarles wil ook de Dag van het Kasteel grotere bekendheid geven, zodat iedereen de relevantie van kastelen en buitenplaatsen te zien zal krijgen.

Via deze link op de website van de NKS is het hele artikel, afkomstig uit MONUMENTAAL, veelzijdig magazine over cultureel erfgoed in Nederland en Vlaanderen, te lezen https://www.kastelen.nl/pdf/MON2102-14-15.pdf

Benieuwd naar de Dag van het Kasteel op 24 mei Tweede Pinksterdag? Kijk dan op https://dagvanhetkasteel.nl

Do. 8 april: webinar Duivenvoorde: een ensemble van familieverhalen – Simone Nieuwenbroek

Duivenvoorde is een ensemble van kasteel, collectie, wandelpark in Voorschoten dat wordt omringd door ruim 262 hectare landgoed. De eerste vermelding dateert uit 1226. Van een middeleeuwse versterkte woontoren werd het in de eeuwen die volgden verbouwd tot symmetrisch vroegmodern zomerhuis van de families Van Wassenaer, Steengracht en Schimmelpenninck van der Oye. Tot twee jaar geleden werd het kasteel bewoond door nazaten van de oorspronkelijke eigenaren, en dat is heel bijzonder in de Nederlandse kasteelwereld. In bijna acht eeuwen hebben 27 opeenvolgende eigenaren een bijzondere en uiteenlopende familiecollectie bijeen weten te brengen. Een belangrijke deelverzameling is de collectie portretten, die zich laat lezen als een soort familiealbum. In de komende webinar doet Simone Nieuwenbroek, conservator van kasteel Duivenvoorde, enkele bijzondere familieverhalen over geportretteerde bewoners en hun familieleden uit de doeken. Van de invloedrijke weduwe Anna Margaretha Bentinck tot de notoire verzamelaar Hendricus Adolphus Steengracht, en van een verboden liefde tot een conflict over een spoorlijn: achter iedere lijst schuilt een bijzonder verhaal.

Programma webinar
20:00 uur: Opening
20:05 uur: Lezing Simone Nieuwenbroek
20:40 uur: Discussie
21:00 uur: Einde webinar

De Zoom meetingroom is vanaf 19:30 uur geopend.

Deelname is gratis

Mis de webinar niet en meld u aan via het aanmeldingsformulier https://docs.google.com/forms/d/e/1FAIpQLSd5ROduAWiJqhsbd3w08PLDGOpg7W2Hax7GFX5M1_uBHeBSxQ/viewform

Willem Schimmelpenninck van der Oije: nieuwe directeur Jagersvereniging

Willem baron Schimmelpenninck van der Oije. Foto met dank aan de Nederlandse Jagersvereniging/fotograaf Anoeska Vermeij.

Willem baron Schimmelpenninck van der Oije start op 1 mei 2021 als directeur van de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging. Hij werd op 6 april in de vergadering van het Landelijk Bestuur benoemd. Schimmelpenninck volgt Laurens Hoedemaker op die in januari dit jaar zijn vertrek aankondigde. Schimmelpenninck (51) – afgestudeerd als jurist/politicoloog – heeft in de afgelopen decennia brede werkervaring opgedaan die goed aansluit bij de activiteiten van de Jagersvereniging. Zo was hij eerder zakelijk en operationeel directeur van het Nederlands Persmuseum en meer recent directeur van SBNL Natuurfonds. Naast zijn verschillende directiefuncties heeft Schimmelpenninck ook veel ervaring opgedaan met belangenbehartiging en fondsenwerving en -beheer. Tevens beschikt hij over een uitgebreid netwerk bij (groene) organisaties, politiek en ministeries. Schimmelpenninck jaagt zelf al vele jaren en heeft veel ervaring met natuur- en landgoedbeheer.

Voorzitter Theo ten Haaf: ‘Verstevigen banden belangrijke opdracht’
Voorzitter van het landelijk bestuur Theo ten Haaf laat weten uit te kijken naar de samenwerking met Schimmelpenninck: ‘Voor de Jagersvereniging liggen er komende jaren de nodige vraagstukken en kansen. Daarbij heeft de vereniging behoefte aan een directeur die zowel intern – met leden, Ledenraad en provinciale afdelingen – de banden verstevigt alsook in het externe netwerk de vereniging positioneert en inzet op samenwerking met derden. Uiteraard zochten wij ook naar een directeur die ons professioneel bureau aanstuurt. Wij zijn er van overtuigd dat Willem Schimmelpenninck de kwaliteiten bezit om hier goed invulling aan te geven en kijken uit naar zijn komst.’

Een leeg graf in Delft: het familiegraf Snoeck-Meynhardt

Afb. 1. Het familiegraf Snoeck-Meynhardt in de Oude Kerk in Delft.
Afb. 1. Het familiegraf Snoeck-Meynhardt in de Oude Kerk in Delft.

In 1821 kocht de kolonel-ingenieur Matthias Adriaan Snoeck (1761-1840), heer van den Barendonk, voor zichzelf en zijn echtgenote een graf in de Oude Kerk te Delft. In de hardstenen zerk liet hij de volgende tekst aanbrengen:

GRAF STEDE
VAN DEN
HOOG Ed GESt HEER
MATTHIAS ADRIAAN SNOECK
KOLONEL INGENIEUR
RIDDER DER MILITAIRE WILLEMS ORDE
EN DESSELFS ECHTGENOOT
VROUWE
GEERTRUIDA HELENA MEYNHARDT
ANNO 1821.

Afb. 2. Jonkheer Matthias Adriaan Snoeck (1761-1840).
Afb. 2. Jonkheer Matthias Adriaan Snoeck (1761-1840). Foto RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis.

Matthias Adriaan Snoeck stamde uit een oud regentengeslacht, waarvan de stamvader in 1456 als secretaris van Gorinchem genoemd wordt. Zijn vader was schepen van Tuil, maar zelf koos hij voor een militaire carrière en werd opgeleid op de artillerie school in ’s-Hertogenbosch. Hij werd negentien jaar oud in 1780 aangesteld tot extra-ordinair-ingenieur en acht jaar later werd hij bevorderd tot luitenant-ingenieur.

In 1794 nam hij deel aan de veldtochten tegen de Fransen en hielp niet alleen mee het fort St. Andries in staat van verdediging te brengen ter verdediging van de Bommelwaard, maar nam ook actief deel aan het afslaan van de aanvallen. Na de eerste aanval werd hij bevorderd tot kapitein-ingenieur.

Nadat de Fransen door de strenge vorst in staat waren de bevroren rivieren over te trekken en de Bataafse Republiek werd uitgeroepen, nam hij ontslag en werd ambteloos burger. In deze jaren ontviel hem zijn eerste echtgenote Maria Jacoba Valckenier (1772-1798) en hun enige zoon en hij bleef achter met twee jonge dochtertjes. In 1804 hertrouwde hij Geertruida Helena Meynhardt (1777-1840), die weduwe was van de gepensioneerde majoor-ingenieur Ludolphus Everhardus Arnoldus de Quay, heer van de Barendonk (1731-1803), van wie zij het huis de Barendonk erfde. Samen kregen zij zeven kinderen.

Afb. 3. Geertruida Helena Snoeck née Meynhardt (1777-1840). Portret part. coll.
Afb. 3. Geertruida Helena Snoeck née Meynhardt (1777-1840). Foto RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis.

Inmiddels was hij in 1801 benoemd tot majoor bij de Hollandse Brigade op het eiland Wright, maar na ontbinding hiervan keerde hij terug naar Nederland en ontkwam niet – zeer tegen zijn zin – aan een benoeming tot ‘conseiller de préfecture’ in Nijmegen. Nadat Nijmegen in 1814 door de Fransen verlaten was, bood hij in ’s-Gravenhage zijn diensten aan Vorst Willem I aan en werd tot majoor-ingenieur benoemd. In deze functie was hij betrokken bij de blokkade en ontzetting van Grave. Vanwege zijn verdiensten hierbij werd hij benoemd tot Ridder in de Militaire Willems Orde 4e klasse.

In 1817 werd hij kolonel-directeur in de 1e directie van fortificatiën met als standplaats ’s-Gravenhage, maar kreeg toestemming om zich in Delft te vestigen, omdat zijn vier zoons hier op de militaire school zaten. In 1821 kocht hij hier in de Oude Kerk een graf aan, waarop hij op de zerk zijn naam met rang en onderscheiding liet aanbrengen met de namen van zijn echtgenote. Vijf jaar later werd hij generaal-majoor der genie en in 1832 ging hij met pensioen. Met zijn echtgenote vestigde hij zich in Cuijk in de nabijheid van hun buitenplaats de Barendonk. In 1839 werd hij in de Nederlandse adel verheven met het predikaat jonkheer, maar een jaar later overleed hij: “Heden overleed alhier, de Hoog Wel-Gebore Heer Jonkheer Matthias Adriaan Snoeck, in leven Gepensioneerd Generaal-Majoor der Genie, Ridder der Militaire Willems-Orde, voorheen Directeur van de eerste Fortificatie-Directie in den ouderdom van bijna 79 jaren. Cuyk, bij Grave, den 1sten Junij 1840.”

Ruim vijf maanden later overleed ook zijn echtgenote: “Cuijk, bij Grave, den 25sten November 1840. Heden overleed na eene langdurige ongesteldheid en verval van krachten, in den ouderdom van bijna 64 jaren, de Hoog Wel-Geb. Vrouwe Geertruida Helena Mijnhardt, Echtgenoot van wijlen den Hoog Wel-Geb. Heer Generaal-Majoor Snoeck.”

Beiden werden begraven in Cuijk en niet in de Oude Kerk in Delft, want inmiddels was het verbod op begraven in kerken ingetreden en zo kwam het dat het graf in Delft leeg bleef en dat op de protestantse begraafplaats in Cuijk een tweede graf is te vinden van de stamvader van het adellijk geslacht Snoeck:

HIER LIGT BEGRAVEN
DE HOOGWEL GEBOREN HEER
JONKHEER
MATTHIAS ADRIAAN SNOECK
IN LEVEN GENERAAL MAJOOR DER GENIE
RIDDER DER MILITAIRE WILLEMSORDE
HEER VAN DEN BARENDONK ENZ: ENZ:
GEB: DEN 13 AUG: 1761 ALHIER OVERLEDEN
DEN 1 JUNI 1840
EN
DESZELFS TWEEDE ECHTGENOOT VROUWE
GEERTRUDA HELENA MEIJNHARD
GEB: DEN 14 DECEMBER 1777 OVERLEDEN
DEN 25 NOVEMBER 1840
BEEDE VAN DEN (…)* N GENERAAL
HIER RUST (…)* IN HET SCHIMMENLAND
DIE ZESTIG JAAR DEN VORST GEDIEND
DIE OM ZIJN DEUGD EN TROUW TOT D’ADELSTAND VERHEVEN
DIE WEDUWEN EN WEES ZIJN BIJSTAND BOOD
DIE TROOSTER WAS IN DRUK EN REDDER IN DEN NOOD.
J.W. ROESSING.”

*de hardstenen zerk is door de tijd aangetast en niet alle tekst is meer te lezen

Lente op Keppel

Afb. Bloeiende narcissen op Keppel.
Afb. Bloeiende narcissen op Keppel.

Kasteel Keppel is sinds de bouw nooit verkocht, maar altijd vererfd via de adellijke geslachten Van Keppel, Van Voerst, Van Polanen, Van Rechteren en Van Pallandt en wordt nu bewoond door baron en barones Van Lynden née jonkvrouwe Rutgers van Rozenburg. Baron Van Lynden is, in de vrouwelijk lijn, een nakomeling van de eerste eigenaar in de 14e eeuw.