De stichting Kastelen, Buitenplaatsen en Landgoederen (sKBL) geeft een gratis nieuwsbrief uit over dit belangrijke historische erfgoed. Vorige week verscheen de nieuwste nieuwsbrief en hierin staat ook dit keer weer veel lezenswaardige informatie over kastelen, buitenplaatsen en landgoederen. Zo staat er onder meer een interview in met Arthur de Nerée tot Babberich, die vertelt over huis Babberich, dat sinds 1784 familiebezit is.
Op 15 december verschijnt bij uitgeverij Matrijs het boek ‘De Cloese Havezate aan de Berkel’, een rijk geïllustreerde uitgave met veel onbekend beeld- en portretmateriaal over de bewonings-, bouw- en tuingeschiedenis van dit Gelderse kasteel. Eén van de auteurs is John Töpfer, directeur AiN. Hij deed voor de hoofdstukken over de bewoners uit de families Schimmelpenninck van der Oye, Van Heeckeren en Bieruma Oosting-Van Harinxma thoe Slooten uitgebreid archiefonderzoek en ontdekte vele onbekende verhalen.
Op 5 en 6 december vindt er bij het Zeeuws Veilinghuis een grote veiling plaats van Indonesische Schilderijen en van Kunst, Antiek en Europese Schilderijen (zie:www.zeeuwsveilinghuis.eu ). Eén van de aangeboden kavels betreft een bronzen penning door Charlotte barones van Pallandt van haar neef Jan Anne baron de Smeth. Hieronder het verhaal hierbij.
Charlotte Dorothée barones van Pallandt (1898-1997) werd geboren als dochter van Jan Anne baron van Pallandt, heer van Walfort, en Sarah Agnes Sophie barones van Pallandt. Haar ouders waren verre neef en nicht van elkaar. Zij groeide op huis Schaarsbergen op in een gezin met een ouder zusje, twee jongere zusjes en een jonger broertje, maar haar oudste zusje overleed al jong op 13-jarige leeftijd. Haar vader was kamerheer i.b.d. van Koningin Wilhelmina en daarnaast majoor-commandant vrijwillig automobielcorps.
Zij huwde in 1919 Joachim Adolph Zeyger graaf van Rechteren Limpurg uit een puissant rijke zijtak van deze familie en ging met hem in Wenen wonen, waar hij als gezantschapsattaché werkzaam was. Het huwelijk hield niet lang stand en vijf jaar later besloten zij uiteen te gaan. Hierna wijdde zij zich geheel aan haar grote passie en werd de belangrijkste Nederlandse beeldhouwster van de 20e eeuw.
Haar meest bekende werk is het monumentale beeld dat zij van Koningin Wilhelmina maakte en dat velen kennen voor Paleis Noordeinde in ‘s-Gravenhage, maar zij maakte ook klein werk, zoals deze bronzen penning met een diameter van 13 cm. Deze is gedateerd 1994 en betreft haar neef Jan Anne baron de Smeth (1924-2018), die de zoon was van haar zusje Louisa Adolphine Jacqueline barones van Pallandt (1899-1992) uit haar huwelijk met Ferdinand François baron de Smeth (1887-1939). Louisa barones de Smeth zou, na in de jaren 1922-1923 hofdame van Koningin Wilhelmina te zijn geweest, tot aan haar overlijden als dame du palais en dame du palais hon. aan het Hof verbonden blijven.
Kijk voor meer informatie over deze veilingen op 5 en 6 december bij het Zeeuws Veilinghuis opwww.zeeuwsveilinghuis.euof bezoek de kijkdagen op 1 t/m 6 december.
Voor de zevende keer organiseert de Stichting Vrienden van het Noord-Hollands Archief een symposium, dit jaar met als thema 700 jaar Janskerk. Het jubileum van de Janskerk, waar het publiekscentrum van het Noord-Hollands Archief is gevestigd, wordt gevierd met onder andere een tentoonstelling (21 juni – 9 september), een boekje ‘700 jaar Janskerk’ (21 september), de lancering van een website over de geschiedenis van kerk en klooster (6 november) en – als apotheose – een symposium.
Het symposium heeft als hoofdthema het 700-jarig bestaan van de Janskerk en wil de Jansorde/Orde van Malta en de twee andere militaire ridderlijke orden (Johanniter Orde en Duitse Orde) nader belichten en in het bijzonder aandacht schenken aan het recente verleden en de maatschappelijke betekenis in heden en toekomst van deze drie orden in Nederland.
De aanwezigheid van de voorzitters van de drie orden, elk met hun unieke historie én hun bijzondere taak heden ten dage op charitatief gebied alsmede een interessant symposium, te houden in het kerkkoor, lijken passend voor de viering van 700 jaar Janskerk, een uitzonderlijke gebeurtenis.
Van de voordrachten wordt een bundel gemaakt, die in het voorjaar van 2019 verschijnt als deel vijf van de serie Publicaties van de Stichting Vrienden van het Noord-Hollands Archief, uitgegeven bij Verloren, Hilversum.
Het symposium vindt plaats in de Janskerk, het publiekscentrum van het Noord-Hollands Archief.
Adres: Jansstraat 40, 2011 RX Haarlem. Dit is op enkele minuten lopen van het NS-station Haarlem. Parkeren kan in de parkeergarage Stationsplein.
De kosten voor het bijwonen van het symposium bedragen R 15,-. Donateurs van de Stichting Vrienden van het Noord-Hollands Archief betalen R 10,-. U kunt zich tot en met 4 december aanmelden door een e-mail met vermelding van uw naam (eventueel ook de namen van personen met wie u komt) te sturen naar de penningmeester van de Stichting Vrienden van het Noord-Hollands Archief, m.poldermans@planet.nl en het verschuldigde bedrag over te maken op rekeningnr. NL53 INGB 0004 549 239 t.n.v. Stichting Vrienden NHA o.v.v. ‘symposium’.
In de Janskerk zijn slechts 140 zitplaatsen. Bij voltekening wordt de volgorde van aanmelding én ontvangst van de betaling aangehouden. Er zijn nog maar enkele plaatsen beschikbaar.
PROGRAMMA
Vanaf 12.45 uur Ontvangst; inschrijving; thee/koffie
13.30 uur Lieuwe Zoodsma, directeur Noord-Hollands Archief Welkomstwoord
Jan Spoelder, voorzitter Stichting Vrienden van het Noord-Hollands Archief Inleiding
Wim Cerutti ‘Van Jeruzalem naar Haarlem’. Geschiedenis van de militaire ridderlijke orden en van de Haarlemse Commanderij van Sint-Jan
Joris baron van Voorst tot Voorst, voorzitter van het kapittel van de Orde van Malta, associatie Nederland Heden en toekomst, waarde en betekenis van de Orde van Malta in Nederland
Jhr. Aernout van Citters, coadjutor van de Johanniter Orde Heden en toekomst, waarde en betekenis van de Johanniter Orde in Nederland
15.00 – 15.30 uur Pauze, koffie/thee
Jan Reint baron de Vos van Steenwijk, landcommandeur van de Ridderlijke Duitsche Orde, balije van Utrecht Heden en toekomst, waarde en betekenis van de Ridderlijke Duitsche Orde in Nederland
Jhr. Tom Versélewel de Witt Hamer ‘Ridders in soorten en maten’. Capita selecta uit een onderzoek naar ridderlijke orden in het Koninkrijk der Nederlanden (1965-2015)
Vragen, slotdiscussie, afsluiting
16.30 – 17.30 uur Aperitief
Op 5 en 6 december vindt er bij het Zeeuws Veilinghuis een grote veiling plaats van Indonesische Schilderijen en van Kunst, Antiek en Europese Schilderijen (zie:www.zeeuwsveilinghuis.eu). Eén van de aangeboden kavels betreft een portret en profil in was van Koning-Stadhouder Willem III. Hieronder het verhaal over zijn Nederlandse gunstelingen.
Stadhouder Willem III (1650-1702) werd in 1689 na de Glorious Revolution samen met zijn echtgenote Prinses Mary Koning en Koningin van Engeland. In zijn kielzog kwamen meerdere adellijke gunstelingen mee, die als dank voor hun steun in de strijd Engelse adellijke titels kregen.
De bekendste was Hans Willem Bentinck (1649-1709), die grote invloed op hem had. Een tijdgenoot noteerde, dat Willem III niets deed zonder de toestemming van hem. Bentinck kreeg van de Koning-Stadhouder in 1689 de Engelse titels Earl (graaf) of Portland, Viscount (burggraaf) Woodstock en Baron Cirencester. Hij werd rijkelijk met goederen beloond en een tijdgenoot noteerde het grapje hierover dat in de Londense clubs verteld werd:
The King thinks all, The Queen speaks all, The prince of Denmark drinks all, The princess of Denmark eats all And Portland takes all.
De oudste zoon van Bentinck kreeg in 1716 de titels Duke (hertog) of Portland en Marquess (markies) of Titchfield. Zijn nakomelingen bleven in Engeland wonen, maar deze tak stierf in 1990 in de mannelijke lijn uit door het overlijden van de 9th Duke of Portland. Een tak, die van een jongere zoon van Hans Willem Bentinck afstamt, leeft voort in Engeland en het hoofd hiervan is de huidige 12th Earl of Portland.
Een tweede gunsteling die, naast ruime middelen voor het bouwen van huis De Voorst, titels ontving, was Arnold Joost van Keppel 1670-1718). In 1696 werd hij Earl of Albemarle, Viscount Bury en Baron Ashford. Zijn nakomelingen leven voort in Engeland en het huidige familiehoofd is de 10th Earl of Albemarle.
Andere Nederlandse gunstelingen die titels van Willem III ontvingen, zijn:
• Godard van Reede (1644-1703), die in 1692 de titels Earl of Athlone en Baron of Aughrim kreeg
• Willem Hendrik van Nassau-Zuylestein (1649-1708), die in 1695 Earl of Rochford, Viscount Turnbridge en Baron Enfield werd en
• Hendrik van Nassau-Ouwerkerk (1640-1708), die in 1698 de titels Earl of Grantham, Viscount Boston en Baron Alford ontving.
Door het uitsterven in de mannelijke lijn zijn alle titels van de drie laatstgenoemden teruggevallen aan de Engelse Kroon.
Kijk voor meer informatie over deze veilingen op 5 en 6 december bij het Zeeuws Veilinghuis op www.zeeuwsveilinghuis.euof bezoek de kijkdagen op 1 t/m 6 december.
Afgelopen zaterdag overleed op 85-jarige leeftijd prof. jonkvrouwe mr. dr. Jacqueline (‘Jacquelien’) de Savornin Lohman. Drie jaar geleden werd AiN gastvrij ontvangen door Jacquelien de Savornin Lohman die, na hoogleraar orthopedagogiek en lid van de Eerste Kamer te zijn geweest, besloot om niet achter de geraniums te gaan zitten, maar cabaretière te worden. In het zeer onderhoudende gesprek vertelde zij over haar jeugd (“Ik ben van 8 tot 12 jaar in Japanse kampen geweest, waar van de opvoeding weinig terecht kwam”), werkzaamheden (“In de ogen van sommigen heb ik iets bereikt, maar in mijn eigen ogen is het een opeenvolging van mislukkingen geweest”), optredens, over de familie De Savornin Lohman (“Er zijn veel, veel stijvere mensen, die de titel serieuzer nemen dan de Lohmannen”) en over de betekenis van het van adel zijn.
In één van de komende magazines van AiN een terugblik op dit gesprek.
Afgelopen zaterdag organiseerde Kasteel Amerongen een symposium in de St.-Andrieskerk over Wilhelmina en de komst van Wilhelm II. Op 11 november 1918 arriveerde keizer Wilhelm II in Nederland en werd ondergebracht in Kasteel Amerongen. Wat was de achtergrond van zijn komst naar Nederland? In hoeverre was koningin Wilhelmina daarbij betrokken? En wat betekende zijn komst voor de hoogadellijke dynastie van de Hohenzollerns? Prof. dr. Beatrice de Graaf, prof. dr. Jacco Pekelder en Paul Moeyes waren de sprekers en van laatstgenoemde werd ook het boek ‘Het kleine keizersdrama in Amerongen’ gepresenteerd. Het boek biedt veel nieuwe informatie over de periode dat de Duitse keizer op Amerongen verbleef en is een aanrader! Voor meer informatie zie https://www.moeyes.nl/nl/nieuws/7-boeken/102-het-kleine-keizersdrama-in-amerongen.
In het decembernummer van het digitale magazine van AiN komt een uitgebreid bericht over dit symposium met daarbij een groepsfoto van prof. dr. Beatrice de Graaf samen met nakomelingen van Godard graaf van Aldenburg Bentinck, gastheer van de keizer op Amerongen: leden van de familie De Brauwere en Von Ilsemann.
Bent u ook geïnteresseerd in dit digitale magazine? Voor 17,50 euro per jaar ontvangt u niet alleen het decembernummer, maar ook de drie eerder dit jaar verschenen uitgaven in uw mailbox. Mail voor meer informatie naar nieuwsbrief@adelinnederland.nl.
Op 21 t/m 23 november vindt de Autumn Auction plaats bij het Venduehuis in Den Haag met o.a. dit portret, dat in de catalogus omschreven staat als ‘Lady van Lintelo-Van der Mark’. Hieronder leest u het verhaal bij dit portret.
Sophia van Lintelo werd geboren als dochter van Evert van Lintelo tot de Marsch en Mechtelt van Veen. De familie Van Lintelo behoorde tot de oude Gelders adel en haar vader werd verschreven in de Ridderschap van Zutphen. Daarnaast was hij markerichter van Harfsen en schepen in Zutphen. Hij was heer van de Marsch, een havezate nabij Zutphen. Het huwelijk van de overgrootvader van Sophia, ook een Evert van Lintelo, met de erfdochter Sophia Mulert bracht dit huis in het bezit van de Van Lintelo’s.
Sophia was de jongste in een gezin met 7 kinderen en voor haar waren er al vijf broers en een zusje geboren. Het waren roerige tijden, want de Tachtigjarige Oorlog was volop in gang en in 1572 werd het huis de Marsch geheel verwoest, toen Zutphen langdurig in de frontlinie lag, terwijl het pas een generatie daarvoor door de grootvader van Sophia nieuw gebouwd was. Over deze grootvader, wederom een Evert van Lintelo, kon men in de oude kronieken lezen: ‘Hij heeft ’t huis op den Marsch voor Zutphen getimmert’. De vader van Sophia was Spaansgezind en haar moeder hertrouwde na zijn dood zelfs Rogier de Mantua, een kapitein in dienst van de Koning van Spanje. Eén broer van Sophia sneuvelde in 1600 in de Slag bij Nieuwpoort, maar ook ander leed trof de familie, want haar enige zusje overleed in 1630 aan de gevolgen van de pest.
In 1600 trad Sophia in het huwelijk met Gerdt Brun van der Marck van Evenlo. Hun precieze huwelijkdatum is niet bekend, maar op 25 juli van dat jaar werd er wel een akte met huwelijkse voorwaarden ondertekend, waarin beiden onder meer bepaalden dat zij in dit huwelijk hun vaderlijk erfdeel inbrachten. Hun beider vaders waren dan wel overleden, maar hun moeders waren bij deze gelegenheid aanwezig en ondertekenden het document.
Gerdt Brun van der Marck van Evenlo was een zoon van Bruyn van der Marck en Christina van Bassenn. De familie Van der Marck stamde uit een bastaardtak van de graven Van der Marck, die generaties lang borgmannen waren geweest van Ottenstein in Munsterland. Door het huwelijk van Jurjen van der Marck met Femme ten Hamme waren de Van der Marcks in het bezit gekomen van Evenlo, een havezate die we tegenwoordig kennen onder de naam Everlo.
Hoe het Sophia van Lintelo en haar echtgenoot verder gegaan is, is niet bekend. Wel bekend is hoe het verder ging met de Marsch: de oudste broer van Sophia, natuurlijk Evert geheten, herbouwde de Marsch en gaf het een imposant, kasteelachtig uiterlijk. In deze gedaante bleef het in het bezit van de Van Lintelo’s, bijna tot aan het uitsterven van de familie in 1809. De laatste heer van de Marsch uit de familie Van Lintelo was Arnold Willem Tyman van Lintelo tot de Marsch (1701-1774). Hoewel hij twaalf kinderen kreeg (acht dochters en vier zoons), stierven zijn zoons op jonge leeftijd. De Marsch vererfde op een kleinzoon Van Heeckeren, maar deze verkocht het en de nieuwe eigenaar liet het in 1780 slopen.
Kijk voor de online catalogi van de veilingen op 21 t/m 23 november van het Venduehuis der Notarissen in Den Haag op http://www.venduehuis.com.
Philippine Marie Elizabeth barones van Boetzelaer, geboren Utrecht 15 november 2018, dochter van Rutger Meinard baron van Boetzelaer en Karlijn barones van Boetzelaer née van der Gijp.
Anne-Kee Frederique barones van Boetzelaer, geboren Beverwijk 15 november 2018, dochter van Marnix Pieter Paulus baron van Boetzelaer en Linda Marthe Cornélie barones van Boetzelaer née jonkvrouwe van Nispen tot Pannerden.
Op 21 t/m 23 november vindt de Autumn Auction plaats bij het Venduehuis in Den Haag met o.a. deze tekening van de tuinen van Sorghvliet van de familie Bentinck. Sorghvliet kennen we tegenwoordig beter als het Catshuis, de ambtswoning van de minister-president. Het huis werd oorspronkelijk gebouwd voor de bekende 17e-eeuwse dichter Jacob Cats, maar werd in 1675 aangekocht door de staatsman Hans Willem Bentinck (1649-1709), heer van Rhoon en Pendrecht. Deze raad en kamerheer van Koning-Stadhouder Willem III mocht zich in diens gunst verheugen en kreeg van hem in 1689 de Engelse titels Earl (graaf) of Portland, Viscount (burggraaf) Woodstock en Baron Cirencester.
Zijn oudste zoon volgde hem op in zijn Engelse titels en bezittingen en zijn jongere zoon Willem Bentinck (1704-1774), heer van Rhoon en Pendrecht, verkreeg onder meer Sorghvliet. In 1732 werd hij H.R. Rijksgraaf en een jaar later huwde hij de spraakmakende Charlotte Sophie des H.R. Rijksgravin von Aldenburg, die door de schrijfster Hella Haasse vereeuwigd werd in ‘Mevrouw Bentinck. Onverenigbaarheid van karakter & De groten der aarde’.
Op Sorghvliet werden door vader en zoon Bentinck tuinen aangelegd, die in hun tijd grote vermaardheid genoten en die bezoekers uit binnen- en buitenland aantrokken. Wat er eens was, moet vergelijkbaar zijn geweest met de tuinen van Het Loo. Van deze tuinen is niets overgebleven, maar tekeningen zoals deze laten zien hoe groots de aanleg eens was.
De tekening betreft kavel 41, meet 19 x 27,5 cm, is gesigneerd door Johannes Nutges (1717-1777) en wordt geschat op 250-350 euro.
Kijk voor de catalogus online van deze veiling op http://www.venduehuis.com of bezoek de kijkdagen op 16 t/m 19 november tussen 10.00-16.00 uur in het Venduehuis der Notarissen in Den Haag.