Afb. 1. Sander baron van Dedem (rechts) overhandigde het eerste exemplaar van ‘De Ridderschap van Overijssel 1460-1795’ aan jonkheer Arnold Gevers (links). Op de achtergrond is de auteur, Albert Mensema, te zien aan het werk voor één van zijn vele publicaties.
Op zaterdag 12 oktober jl. vond in Zwolle het Albert Mensema Symposium plaats ter ere van de in december 2020 overleden Albert Mensema. Het symposium werd georganiseerd door de Werkgroep Adelsgeschiedenis samen met de Vereeniging tot beoefening van Overijsselsch Regt en Geschiedenis en het Koninklijk Nederlandsch Genootschap voor Geslacht- en Wapenkunde. Binnen deze drie organisaties speelde Albert Mensema een grote rol. Niet alleen als bestuurder, maar ook als auteur, gastheer en mentor.
Op dit zeer succesvol verlopen symposium (waarvoor complimenten aan de organisatoren!) werd ook het boek ‘De Ridderschap van Overijssel 1460-1795’ door Sander baron van Dedem overhandigd aan de partner van Albert Mensema: jonkheer Arnold Gevers. Het boek, bestaande uit twee delen, is een heruitgave van het ‘Genealogisch overzicht en Wapenboek’, dat Albert Mensema in 1995 schreef, met grote ondersteuning van Arnold Gevers. Deze uitgave werd bewerkt door Redmer Alma en de talrijke fraaie wapentekeningen zijn van de hand van Arnold Gevers. Op 952 pagina’s worden 951 riddermatigen met hun genealogische gegevens van partners, ouders en kinderen beschreven met daarbij hun functies.
Tijdens het symposium noemden meerdere sprekers hoe schatplichtig zij waren voor hun eigen onderzoek aan de lange lijst van publicaties van Albert Mensema en Arnold Gevers. Dit boek is daar wederom een bewijs van: het biedt een ongekende schat aan informatie over de Overijsselse adel.
Het boek is tot 31 oktober 2024 te koop exclusief voor de deelnemers aan dit symposium via de Vereeniging tot beoefening van Overijsselsch Regt en Geschiedenis.
Foto’s met hartelijke dank aan Conrad Gietman, bestuurslid Werkgroep Adelsgeschiedenis.
Afb. 2. Links John Töpfer, directeur stichting Adel in Nederland, en rechts Simone Nieuwenbroek, dagvoorzitter op het Albert Mensema Symposium in Zwolle op 12 oktober 2024. In zijn lezing presenteerde hij o.a. op basis van het boek van Albert Mensema een analyse van de huwelijkspartners van 50 Van Rechterens, die tussen 1460 en 1795 in de Ridderschap van Overijssel verschreven zijn geweest, in vergelijking met de huwelijkspartners van 26 Van Heeckerens in de Ridderschap van Zutphen. Beide families hadden dynastieke allure, maar volgden eigen strategieën. Uiteindelijk leidde dat tot een verschil in status. De van Rechterens ontwikkelden zich tot een regerende familie en de Van Heeckerens bleven zich vooral als regionale dynastie manifesteren.Afb. 3. Conrad Gietman, bestuurslid Werkgroep Adelsgeschiedenis citeerde in zijn openingstoespraak Albert Mensema: “Wie met historie leeft, leeft twee keer” en hij roemde het belang van Albert Mensema voor wetenschappelijk onderzoek: “Hij hield dingen nooit voor zichzelf, maar deelde het.”
Afb. 4. Dirk J. de Vries – Het adellijke ‘stadspaleis’ van Simon van Haersolte, Groote Sociëteit Koestraat 6-8 Zwolle. Dirk de Vries richtte zich in zijn lezing vooral op adellijke stadshuizen in Zwolle, in het bijzonder op het gebouw van de Groote Sociëteit. Dit huis werd in de 17de eeuw bewoond door Simon van Haersolte en Adriana Josina Bentinck. De Vries maakt gebruik van de gegevens uit de Zwolse vuurstedenregisters die Albert Mensema hem ooit heeft gegeven.
Afb. 5. Diederik Bente – ‘Adelshoven’ binnen de stad Oldenzaal
Vanaf de vroege middeleeuwen vervulde Oldenzaal een centrumfunctie binnen Twente, zowel binnen het wereldlijk als het geestelijk bestuur. Net als in de IJsselsteden hadden ook in de Plechelmusstad edellieden uit de wijde omtrek een representatieve woning of hof binnen de stadsgrachten. Op één na zijn deze inmiddels allemaal verdwenen.
Afb. 6. Jos Mooijweer (links) en Jan Bedaux (rechts) – Geschiedschrijven in onzekere tijden. De kroniek van George Westendorp. In de zomer van 1990 ontdekten Albert Mensema en Jos Mooijweer in de universiteitsbibliotheek van Hamburg een onbekende kroniek. Auteur van de kroniek was George van Westendorp, een Spaansgezinde bestuurder die in 1594 naar Brussel vluchtte. Jan Bedaux en Jos Mooijweer zetten de kroniek in de context van de onzekere tijden waarin Westendorp leefde. Westendorp gaf, aldus Jos Mooijweer, unieke informatie over Vollenhove, waarbij hij een rijke fantasie leek te hebben, maar door archiefonderzoek bleek veel betrouwbaar te zijn.Afb. 7. Evelyn Ligtenberg – ‘Loyaal en onmisbaar’: dienstpersoneel in de schaduw van de familie Van Rechteren. Evelyn Ligtenberg onderzoekt de rol en het belang van het huispersoneel in het leven van de adellijke familie Van Rechteren in de periode 1680-1780. In haar presentatie behandelde ze de dagelijkse verantwoordelijkheden, de loyaliteit en de invloed van deze vaak onzichtbare groep, die essentieel was voor het functioneren en de status van de adel. Systematisch onderzoek in pacht- en kasboeken werpt een nieuw licht op de wederzijdse afhankelijkheid tussen adel en hun personeel. Met veel humor legde zij een link met Downton Abbey, omdat net als bij de Van Rechterens het personeel hier ook onderling relaties kreeg.
Afb. 8. Cor Trompetter – ‘Onder de streep’. Een bespiegeling over de financiële kant van adel in TwenteIn 1675 was de adel in Twente veruit de rijkste en meest invloedrijkste groep in de samenleving. Enkele uitzonderingen daargelaten was daar aan het begin van de twintigste eeuw weinig meer van over. In deze bespiegeling ging Cor Trompetter nader in op de financiële problemen waar een deel van de adel in terecht kwam, en hoe men deze trachtte op te lossen.
Afb. 9. Yme Kuiper – Onderzoek naar adellijke landgoederen in Overijssel in bezettingstijd: problemen, valkuilen, dilemma’s. Ruim een jaar deed de spreker onderzoek naar hoe het de adel in Overijssel verging gedurende de bezettingstijd 1940-1945 en dan met name over de vier landgoederen Twickel, Rechteren, Eerde en Herinckhave. Tot slot kwam de vraag aan de orde in hoeverre deze vier Overijsselse casussen representatief zijn voor hoe de adel in Nederland zich opstelde en gedroeg in bezettingstijd.
Afb. 10. Redmer Alma – Een adellijke groepsbiografie: Albert Mensema’s project De Ridderschap van Overijssel 1424-1795. Redmer Alma vertelde over de achtergrond en de historisch waarde van Albert Mensema’s project ‘De Ridderschap van Overijssel 1424-1795. Genealogisch overzicht en wapenboek’ – deze heruitgave zou niet mogelijk zijn geweest zonder zijn enorme inzet hierbij.Afb. 11. Een volgeboekt symposium, dat op veel waardering van de aanwezigen kon rekenen.