Hoge Raad van Adel: rouwbord Mackay gerestaureerd

Afb. 1. Van links naar rechts: mr. Marc Scheidius, secretaris van de Hoge Raad van Adel, de beide restauratoren Rómulo Döderlein de Win en Bert van de Burgt, en jonkheer mr. Pieter de Savornin Lohman, voorzitter van de Hoge Raad van Adel.

Na een intensieve restauratie en afwezigheid van enkele maanden is het rouwbord van Daniël baron Mackay terug in Den Haag bij de Hoge Raad van Adel. Op 29 juni vond de overdracht plaats in aanwezigheid van Bert van de Burgt, meubelrestaurator, Rómulo Döderlein de Win, restaurator, jonkheer mr. Pieter de Savornin Lohman, voorzitter van de Hoge Raad van Adel, en mr. Marc Scheidius, secretaris van de Hoge Raad van Adel.

Het houtwerk is gerestaureerd in de werkplaats van de meubelrestaurator Bert van de Burgt uit Wijk bij Duurstede. Het hele bord, inclusief omlijsting plus ornamenten, was ernstig door houtworm aangetast. Verschillende onderdelen, waaronder de schedel aan de bovenzijde van de lijst, waren zo poreus en fragiel geworden, dat ze na behandeling, gedrenkt zijn in een speciale vloeistof die na droging de hardheid van het oorspronkelijke hout aanneemt. Hierna konden ze weer bewerkt en gepolychromeerd worden.

Hieronder: foto’s voor de restauratie.

Het rouwbord is uit de lijst gehaald en zowel het bovenste als het onderste ornament is door de meubelrestaurator demontabel gemaakt, dit i.v.m. handzaamheid tijdens vervoer en verplaatsing van het 100 kg. wegende gevaarte als het helemaal compleet is. Het bord zelf, bestaande uit drie planken, vertoonde kieren en is ook helemaal los gehaald. Hierna zijn de planken weer tegen elkaar aan geplaatst.

Vervolgens is het bord in 4 onderdelen bij restaurator Rómulo Dóderlein de Win in Maartensdijk gearriveerd, en kon deze aan het werk. Het hele bord is inclusief omlijsting onder handen genomen. Het hout is opnieuw gezwart, de wapenschilden hersteld, de kapotte beschadigde goudlagen hersteld en waar nodig voorzien van een nieuwe vergulding. Er waren meerdere foute overschilderingen en beschadigingen, die allemaal hersteld zijn.

Voor de bovenste ornamenten (de schedel, de twee rond speren gedrapeerde vaandels en de twee urnen waar vlammen uitkomen) is voor beschildering een traditionele mixtion-vergulding met bladgoud (bijna puur goud, 23.75 karaat dubbel torengoud) gebruikt.

Het rouwbord hing ooit in de Sint Nicolaaskerk aan het Kerkveld in Jutphaas. Deze kerk is in 1820 wegens bouwvalligheid afgebroken. De wapenborden zijn toen overgebracht naar kasteel Rijnhuizen te Jutphaas en uiteindelijk in 1958 naar de Hoge Raad van Adel. Het rouwbord herdenkt Daniël baron Mackay (1744-1782). Hij stamde uit een Schots geslacht van officieren in dienst van de Republiek. Zelf was hij ook officier en bereikte de rang van majoor. Hij huwde in 1772 Isabella Constantia de Geer. Haar familie bezat Rijnhuizen in Jutphaas en op dit huis overleed in 1782 Daniël Mackay vermoedelijk dan ook.

Verschillende leden van de familie Mackay werden vanaf 1815 opgenomen in de Nederlandse adel en hun nakomelingen leven tot op heden als baron/barones Mackay voort. De Chef de Famille is tevens 14th Baron Reay of Reay en Baronet of Nova Scotia – Schotse titels die in 1627 en 1628 door Koning Karel I van Engeland verleend werden.

Afb. 2. Het gerestaureerde rouwbord in hernieuwde glorie aan de wand bij de Hoge Raad van Adel.