Recordaantal bezoekers voor adellijk erfgoed

Afb. 1. De machtige muren van kasteel De Haar.

Dat de adellijke geschiedenis volop in de belangstelling staat, merken we op AiN dagelijks aan het nog steeds groeiende aantal bezoeken op onze website (ca. 16.000 per maand) en facebookpagina (ca. 25.000 per week). Zo had AiN zelf het afgelopen weekend een recordaantal bezoeken op haar website (ruim 3500) en een recordaantal likes op facebook (442) voor het bericht over de tentoonstelling in het Haags Historisch Museum en het portret van de gravin Van Gronsfeld Diepenbroeck.

Afb. 2 en 3. Links kasteel Duivenvoorde en rechts kasteel Amerongen.

Maar ook het adellijke erfgoed staat volop in de belangstelling en ziet een stijgende lijn in bezoekers: kasteel de Haar meldde onlangs dat het na het drukste jaar ooit in 2017 opnieuw een bezoekersecord had met 275.000 bezoekers. Ook kasteel Duivenvoorde meldt voor 2017 een recordjaar met een stijging van maar liefst 38% in bezoekers. Vandaag kwam kasteel Amerongen met het geweldige nieuws dat het kasteel in de Top 10  van het Leukste Uitje van de provincie Utrecht staat.

AiN feliciteert de medewerkers en vrijwilligers van www.kasteeldehaar.nl, www.kasteelduivenvoorde.nl en www.kasteelamerongen.nl van harte met deze geweldige resultaten!

Weekendtip: ‘Afrikaanse bedienden aan het Haagse hof’ t/m 28 januari in Den Haag

In het Haags Historisch Museum is nog t/m 28 januari deze tentoonstelling te zien, waarvoor de aanleiding de Afrikaanse jongens Cupido en Sideron waren, die als bedienden van Stadhouder Willem V op een schilderij te zien zijn.

De tentoonstelling plaatst hun verhaal in het licht van veranderende denkbeelden over huidskleur en slavenopstanden. De expositie sluit af met de verrassende stamboom van Cupido, waarvoor op zoek werd gegaan naar nakomelingen.

Op veel portretten van regenten en adel in de 17e en 18e eeuw zijn Afrikaanse bedienden afgebeeld en vaak werd in latere tijden gedacht, dat deze een toevoeging van de schilder waren, maar door bronnenonderzoek is ontdekt dat deze bedienden hier echt woonden. Zo is de aanwezigheid hiervan op kasteel de Cannenburch in Vaassen bekend, dankzij een aantekening in het kasboek van de adellijke familie D’Isendoorn à Blois.

Afb. De gravin Van Gronsfeld Diepenbroeck met haar Afrikaanse bediende Coquamar Krencquie.

Eén van de topstukken op de tentoonstelling is het portret van Amoena Sophia Frederica Gravin van Gronsfeld Diepenbroeck tot Empel née Gravin zu Löwenstein-Wertheim-Virneburg, mede-regerende Gravin zu Limpurg-Sontheim (1718-1779) door Anna Rosina von Lisiewska. De gravin werd door tijdgenoten als niet al te slim beschreven en vermoedelijk huwde haar echtgenoot haar vanwege haar aandeel in het graafschap Limpurg-Sontheim.

Deze echtgenoot, Bertram Philip Sigismund Albrecht Graaf van Gronsfeld Diepenbroeck tot Empel (1715-1772), was Nederlands gezant in Berlijn. Ook over hem werd door tijdgenoten hard geoordeeld, maar in Berlijn noemde men hem ‘der guten Gronsfeld’ en ‘ein ganz vortrefflicher Mann’, die grootmoedig was en eergevoel had. Hij schreef daarnaast geschiedenis door de eerste porseleinfabriek van Nederland te stichten in Weesp.

Graaf Bertram droeg zijn echtgenote in latere jaren op handen en haar verjaardagen werden groots gevierd met een bal met vele genodigden, waarbij zij onder de bloemen bedolven werd.

Tijdens hun Berlijnse jaren werd haar portret geschilderd en dat de afgebeelde Afrikaanse bediende echt bestaan heeft, blijkt uit een Duits krantenbericht uit 1754 in hetzelfde jaar dat het portret geschilderd werd. Hierin werd de doop van een Moor genoemd, die in dienst was van de graaf Van Gronsfeld. De jongen zou op dat moment al driekwart jaar voor de graaf werkzaam zijn geweest en afkomstig zijn van de Goudkust in Ghana, waar hij door zijn eigen landslieden geroofd en verkocht zou zijn. Zijn vorige naam was Coquamar Krencquie, maar bij zijn doop ontving hij de namen Wilhelm Philipp Friedrich.

Graaf Bertram stierf onverwachts en liet grote schulden na, waardoor zijn weduwe in een zeer moeilijke situatie terecht kwam met haar minderjarige kinderen. Zij verliet Nederland – mogelijk vanwege de schuldeisers – en vestigde zich in Duitsland bij haar oudste dochter. Haar portret vererfde in de vrouwelijke lijn en werd door een nakomeling, Ferdinand baron van Heeckeren van Waliën, samen met andere familieportretten en een grote collectie Weesper porselein aan het museum in Weesp nagelaten.

Link naar meer informatie en bezoekmogelijkheden: www.haagshistorischmuseum.nl/tentoonstelling/afrikaanse-bedienden-aan-het-haagse-hof.

Noot voor de lezer: schrijver dezes doet sinds een aantal jaren onderzoek naar de familie Van Gronsfeld Diepenbroeck. Voorgaande is een klein uittreksel uit dit onderzoek dat t.z.t. gepubliceerd zal worden.

Bent u ook geïnteresseerd in adel en adellijk erfgoed en wilt u AiN steunen in haar werkzaamheden? Word dan voor 17,50 euro per jaar donateur en ontvang 4 keer per jaar ons digitale magazine in uw mailbox. Daarnaast krijgt u voorrang bij en korting op onze excursies. Meer weten? Stuur dan een mail naar nieuwsbrief@adelinnederland.nl. Als u nu donateur wordt, ontvangt u ter kennismaking gratis het decembernummer van ons magazine in uw mailbox!

Nieuw twitteraccount: Oude Genealogen

Afb. De schrijver Multatuli, die in het dagelijkse leven Eduard Douwes Dekker heette.

Dr. Conrad Gietman is historicus en is als universitair docent verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen. Tijdens zijn studie naar de aristocratische genealogie in Nederland in de jaren 1850-1950 kwam hij vele opmerkelijke uitspraken tegen over afkomst, status en beschaving. Op het Twitteraccount Oude Genealogen deelt hij deze nu: https://twitter.com/OudeGenealogen.

Zijn eerste tweet was een citaat van de schrijver Multatuli. Deze heette in het dagelijkse leven Eduard Douwes Dekker (1820-1887) en was gehuwd met freule Everdina Huberta van Wijnbergen (1819-1874), die uit een oude adellijke familie stamde.

Over adel schreef hij: “Als adel gekheid is, hoeveel te gekker is dan het pogchen op ’n soort van adelykheid die niet eens bestaat! De autochtone adel heeft nu en dan historische betekenis. Maar wat zoo’n amsterdamsch patriciaat beduidt weet de hemel, d.i. niemand.”

 

Boekennieuws: ‘Maarten van der Goes van Dirxland (1751-1826)’

Mr. Maarten baron van der Goes van Dirxland leefde in onrustige tijden. Hij werd geboren in een oude regentenfamilie, die het Nederland’s Adelsboek terug laat gaat tot in 1490, terwijl in een familieboek uit 1995 een hypothetische ridder in 1140 wordt opgevoerd als stamvader. Hij had aanvankelijk een traditionele regentencarrière en ging vervolgens in diplomatieke dienst. Met de komst van de Fransen in 1795 leek hieraan eerst een einde te komen, maar hij zette zijn carrière in dienst van de Bataafse Republiek en het Koninkrijk Holland voort en werd uiteindelijk minister van Buitenlandse Zaken.

Mr. Pim Waldeck, oud-grootmeester van het Huis van Koningin Beatrix, schreef deze biografie over het leven en werk van deze eerste Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken, die als leidraad in zijn werkzaamheden het voortbestaan van ons land op de kaart van Europa had. Dat zijn streven succesvol is gebleken, werd duidelijk na de Franse Tijd, toen Nederland als onafhankelijk land werd herboren.

Maarten van der Goes van Dirxland werd de stamvader van de baronale tak Dirxland van het geslacht Van der Goes, maar deze tak stierf in 1973 uit. In de vrouwelijke lijn leven nakomelingen van hem voort, waaronder binnen de Nederlandse adel de jonkheren Groeninx van Zoelen.

Het boek is zeer prettig leesbaar geschreven en biedt vanuit het perspectief van de hoofdpersoon een zeer boeiende kijk op de gebeurtenissen in hun tijd. Daarnaast heeft Pim Waldeck met het schrijven van dit boek een leemte gevuld in de geschiedschrijving van de Nederlandse buitenlandse politiek in een woelige periode.

Link naar meer informatie en bestelmogelijkheid: www.vantilt.nl/boeken/maarten-van-der-goes-van-dirxland-1751-1826/.

Kasteel Amerongen in winterslaap: t/m 31 maart

Kastelen werden in het verleden in de winter meestal niet bewoond en de bewoners verbleven dan in hun veel comfortabelere stadsresidentie. Ook kasteel Amerongen diende lang als zomerverblijf en in de wintermaanden bleef het kasteel leeg achter en werd het achtergebleven meubilair afgedekt.

Het kasteel werd eeuwenlang bewoond door de baronnen van Reede, die de Engelse titel van Earl of Athlone voerden. Pas onder hun erfgenamen, de graven Van Aldenburg Bentinck, werd het kasteel permanent bewoond.

Op Amerongen is het huis nu t/m 31 maart in winterslaap en alles is afgedekt, maar het kasteel is tijdens speciale rondleidingen gewoon te bezichtigen. U krijgt een kijkje achter de schermen en via de diensttrappen bezoekt u zelfs de grote zolders.

Link naar meer informatie: www.kasteelamerongen.nl/plan-je-bezoek/rondleidingen/kasteel-amerongen-in-winterslaap.

Subsidie voor Fogelsangh State: tuinelementen opgeknapt

Afb. De voorgevel van Fogelsangh State. Foto met hartelijke dank aan Fogelsangh State.

Fogelsangh State is sinds 1646 steeds vererfd en nu in het bezit van gravin De Marchant et d’Ansembourg née barones van Harinxma thoe Slooten. In het huis heeft de Collectie Van Iddekinge, nalatenschap van jonkheer Van Iddekinge die de laatste van zijn tak was, een gastvrij en waardig onderdak gevonden.

De provincie Fryslân heeft ruim 77.000 euro ter beschikking gesteld om belangrijke tuinelementen op te kunnen knappen: de ijskelder, de heremiethut, de theekoepel en een oude schuur. Deze maken deel uit van het belangrijke park, dat door de bekende tuinarchitect Roodbaard twee eeuwen geleden werd aangelegd.

Link naar een reportage van Omroep Fryslân, waarin graaf De Marchant et d’Ansembourg aan het woord komt: www.omropfryslan.nl/nieuws/782360-opknapbeurt-voor-fogelsangh-state-veenklooster.

Fogelsangh State is van 1 mei tot 31 oktober voor bezichtiging opengesteld. Voor meer informatie hierover zie www.fogelsangh-state.nl.

Uit zicht op zee: een boek met vitaminen voor de geest

Afb. 1. Jonkheer Tjardus van Citters met zijn goede vriend minister-president Mark Rutte bij de boekpresentatie.

Jonkheer drs. Tjardus van Citters (55) studeerde communicatiewetenschap aan de Universiteit van Amsterdam en is consultant en interim manager in communicatie, media en marketing. Hij doet dit vanuit zijn eigen onderneming Message Across en is daarnaast associate senior advisor bij Roland Berger en MSL (Publicis). Bovendien begeleidt Van Citters bestuurders/directeuren in hun personal branding en loopbaan.

Op 19 november werd in de Hermitage Amsterdam zijn boek ‘Uit zicht op zee’ gepresenteerd. Een van de toespraken was van premier Mark Rutte, die voor het eerst iets kwam vertellen over hun vriendschap. De gesprekken samen leiden wel eens tot quotes die gebruikt worden in campagnes en voor het boek was Mark Rutte weer bereid om een tekst voor de achterkant te schrijven. AiN sprak Tjardus van Citters over zijn boek.

Hoe is het idee voor dit boek ontstaan?
“Mijn hele leven al vind ik het heerlijk om met taal bezig te zijn. Om te ‘spelen met tekst’.
In 2014 ben ik spontaan begonnen om losse quotes, een gedicht en korte verhalen op te schrijven.” Daarna kwam het vanzelf in een stroomversnelling: “Door bij iedere ingeving productief te zijn en weer wat toe te voegen aan een verzameling die organisch mocht groeien. Later kwam de gedachte dat het mooi was om er een echt boek van te maken – toch de droom van veel mensen?”

Reflecteren en schrijven op locatie
Over de titel van het boek zegt Tjardus van Citters: “‘Uit zicht op zee’ staat voor een man die vanuit de eenzaamheid schrijft. Iemand die uit zicht is. Los van alle conventies en die zich niet bij voorbaat al laat leiden door angst over reacties. In werkelijkheid ben ik 1 week per jaar op mooie plekken voor kunst, reflectie en om te schrijven. Dan mijmer ik in bijvoorbeeld Kaapstad, Coimbra of Lucca. In mijn boek staat daarom ook een wereldkaart met alle locaties.”

U noemt het een boek met vitaminen voor de geest met onder meer wijsheden. Welke wijsheden heeft u van huis uit meegekregen? Is er een gevleugelde familiespreuk?
“Die wijsheden en ‘vitaminen voor de geest’ zijn een oordeel van de uitgever/distributeur. In een van oorsprong Zeeuws geslacht gaat het natuurlijk over zuinigheid. In mijn gezin is daar gelukkig bijgekomen dat, als je het aardig doet, je ook mag genieten. De familiespreuk ‘een matig mens is zijn vrijheid waard’ resoneert bij ons niet zo.”

Met zijn boek wil Tjardus zijn kinderen ook wat meegeven, of zoals hij het zelf verwoordt: “Om af en toe wat groots te doen. De presentatie was bewust in Hermitage aan de Amstel, met bijzondere sprekers en een video waarin het boek werd gepresenteerd. Hieraan was weken gewerkt. Mijn gasten mochten exclusief naar de tentoonstelling ‘Hollandse Meesters’. Mijn kinderen hoeven geen boek te schrijven, maar ik nodig ze wel uit om er iets van te maken! Bescheidenheid is prachtig, in doorgeslagen vorm echter leidt het tot passiviteit. Onze vier kinderen mogen straks ‘best eens op een podium springen’.”

Regie houden
Het boek noemt hij een neerslag van zijn leven, waarin sommige gebeurtenissen een grote impact hadden: “Ik ben erg bevoorrecht, in veel opzichten. In mijn familie is daarnaast ook aanzienlijk verdriet. Vlak voor mijn geboorte hebben mijn ouders maar liefst twee kinderen verloren. Zoiets werkt generaties door. Zelf probeer ik altijd de draai te maken naar het positieve en regie houden over eigen leven is een belangrijk thema. Op het gedicht hierover, ‘architect van een dag’ in mijn boek , ben ik stiekem een beetje trots.”

Stel: er komt over twintig jaar een herziene druk. Wat voor hoofdstuk hoopt u dan nog te kunnen toevoegen? “Het boek is eigenlijk wel compleet want het gaat juist over alle fases van het leven. De laatste fase is bewust optimistisch ‘symfonie finale’ genoemd. De ‘intermezzo’s’ tussendoor gaan over herkenbare karakters die (te) veel invloed hebben op ons leven.”

En op de vraag of er nog plannen zijn voor een nieuw boek zegt hij lachend: “Nee… er zijn zelfs plannen voor drie boeken: een vergelijkbaar boek als ‘Uit zicht op zee’, een roman en er komt een boek over een hele bijzondere samenwerking met een cliënt.

Benieuwd geworden naar het boek van Tjardus van Citters? Kijk dan op WBooks voor meer informatie en bestelmogelijkheid: https://wbooks.com/winkel/lifestyle-cadeaus/zicht-op-zee/.

Link naar een boekrecensie: https://lees.bol.com/nl/article/recensie-uit-zicht-op-zee

Of kijk en luister naar het volgende filmpje over ‘Uit zicht op zee’, dat speciaal voor de boekpresentatie werd gemaakt:

 

Boekennieuws: ‘Een plezierreis in de zomer van 1718’

De broers Von Uffenbach uit Frankfurt maakten in 1718 samen met hun echtgenotes en enkele andere reisgezellen een reis door de Nederlanden. Van deze reis bleef een uitgebreid reisverslag bewaard, dat nu door dr. Johan R. ter Molen in boekvorm is uitgegeven. In het boek wordt uitvoerig achtergrondinformatie gegeven over de familie Von Uffenbach, maar ook onder meer over het reisgezelschap, de route, het vervoer en het begeleidende huispersoneel.

Het reisverslag is integraal als tekst in het boek opgenomen en biedt een eigentijds beeld van een reis van een deftig gezelschap en hun interesses. Zo werden er buitenplaatsen, raadhuizen en kerken bezichtigd, maar ook stonden universiteiten, liefdadigheids- en strafinstellingen op het programma, net als gebouwen met een militaire functie. De familie Von Uffenbach was zeer ontwikkeld en daarom werden ook verschillende verzamelingen bezocht en mochten bezoeken aan kunstenaars, kunst- en boekhandels niet ontbreken.

Bijzonder zijn de vele persoonlijke toevoegingen in het reisverslag, zoals tijdens het bezoek aan kasteel Middachten – op de voorkant van het boek afgebeeld – waar de weduwe van de Graaf van Athlone werd beschreven als ‘nunmehr blind und Katholischer Religion ist’.

Het boek is zeer verzorgd door Waanders Uitgevers uitgegeven, is rijk geïllustreerd en is in deze vorm zeer leesbaar. Een uniek én leesbaar bijzonder tijdsdocument en daarom een aanrader!

Meer weten of het boek bestellen? Kijk dan op www.waandersdekunst.nl/een-plezierreis-in-de-zomer-van-1718-familie-von-u.html.