Renze RTL4: het verschil tussen Zwaluwenburg en Zwaluwenberg

Afb. 1. De Zwaluwenburg

Gisteravond ging het in de talkshow Renze op RTL 4 over de locatie waar de PVV, VVD, NSC en BBB zich hebben teruggetrokken om te vergaderen: Zwaluwenberg. Terwijl de voordelen werden genoemd van het op een besloten plek vergaderen en het interieur werd geroemd, werd er op de achtergrond een foto geprojecteerd van de buitenkant van het huis. Dit betrof echter Zwaluwenburg en niet Zwaluwenberg.

Zwaluwenburg
Zwaluwenburg (oorspronkelijk Zwaluwenborg genaamd) is een landgoed in de gemeente Elburg en vlakbij het dorp ‘t Harde gelegen. Het huis werd in 1728 gebouwd door Anthonie Swier van Haersolte, heer van Elsen, Bredenhorst, Staverden en Zwaluwenburg (1690-1733) en Coenradina Wilhelmina van Dedem (1701-1751). Beiden stamden uit riddermatige families. Het werd in grootse stijl gebouwd met een voorplein met twee bouwhuizen, die door twee gebogen galerijen met daarboven een balustrade verbonden zijn met het huis. Bovenin het halfronde fronton zal oorspronkelijk het alliantiewapen Van Haersolte-Van Dedem hebben gezeten, maar dit werd in latere tijden vervangen.

Naast het beheer van zijn goederen was Anthonie lid van de Ridderschap in Overijssel, kwartierschout van Oisterwijk, commandeur van Philippine en raad in de admiraliteit van West-Friesland. Daarnaast was hij commandeur van de Duitsche Orde in Utrecht. Het echtpaar kreeg vier dochters en een zoon en deze laatste, Coenraad Willem van Haersolte (1727-1799), volgde zijn vader als heer van Elsen, Bredenhorst, Staverden en Zwaluwenburg op. Een generatie later werd het bezit onder zijn zoons verdeeld en werd uiteindelijk Zwaluwenburg verkocht.

Zwaluwenberg
Zwaluwenberg is een landgoed in de gemeente Hilversum. Het huis werd in 1916 in de Engelse landhuisstijl gebouwd door jonkheer Ernest de Pesters (1868-1955) en Grace Mac Coll (1884-1933), die van Schotse afkomst was. Boven de entree werd het familiewapen De Pesters aangebracht met links en rechts een Engelse roos en een Nederlandse tulp om de herkomst van het echtpaar te illustreren. Het echtpaar woonde hier met hun drie dochters en zoon en werd omringd door personeel.

Een voorvader van Ernest de Pesters werd in 1706 door Keizer Joseph I in de Rijksadelstand verheven en in 1814 werd de familie opgenomen in de Nederlandse adel. Ernest de Pesters was directeur van de Amstelbrouwerij, die door zijn vader en oom Van Marwijk Kooy werd opgericht. De succesvolle groei van de Amstelbrouwerij maakte deze landadellijke levensstijl mogelijk en het huis werd gebouwd om op grote voet te kunnen leven en te ontvangen. Zo was Grace de Pesters een groot liefhebster van ballet en trad zelfs de beroemde ballerina Anna Pavlova hier in het huis op.

Na het overlijden van Grace de Pesters verliet de familie het huis, maar bleef tot in 1951 eigenaar. In dat jaar werd het verkocht aan de Staat der Nederlanden en werd het in gebruik gegeven aan de inspecteur-generaal der Krijgsmacht Z.K.H. Prins Bernhard, die er al sinds 1946 zijn kwartieren had. In 1966 werd uiteindelijk het familiewapen De Pesters boven de entree verwijderd en werd dit aan de familie De Pesters ter beschikking gesteld.

Afb. 2. De voorzijde van Zwaluwenberg. Foto met dank aan en door Pvt pauline – Eigen werk, CC BY-SA 3.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=19396318

Het verhaal bij het Schimmelpenninck graf in de Bergkerk: een zoon eert zijn vader

Afb. 1. Het graf van Gerrit Schimmelpenninck (1725-1804) in de Bergkerk in Deventer.

Van mr. Rutger Jan Schimmelpenninck (1761-1825), heer van Nijenhuis, Peckedam en Gellicum, Comte (graaf) de l’Empire, stammen alle huidige graven en jonkheren Schimmelpenninck af. Hij werd geboren in Deventer en groeide hier op in een huis aan De Brink. Zijn vader, Gerrit Schimmelpenninck (1725-1804), was in Deventer wijnkoper. Het huis van de familie Schimmelpenninck is nog steeds te zien op De Brink en in de voorgevel herinnert een herdenkingssteen aan Rutger Jan Schimmelpenninck: RUTGER JAN SCHIMMELPENNINCK RAADSPENSIONARIS DER BATAAFSE REPUBLIEK GEBOREN TE DEVENTER 31 OCTOBER 1761 GROEIDE OP IN DIT HUIS.

Afb. 2. Gerrit Schimelpenninck (1725-1804). Portret door Louis-Léopold Boilly. Foto met dank aan collectie RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis/179182.

Rutger Jan had in de Franse tijd een stormachtige carrière en bracht het in de jaren 1805-1806 tot raadspensionaris van Nederland, waarmee hij veel invloed kreeg. De enkele jaren geleden verschenen biografie over hem door Edwina Hagen kreeg dan ook als titel ‘President van Nederland. Rutger Jan Schimmelpenninck 1761-1825’.

Deventer was hij toen al lang ontgroeid, maar toen zijn vader, Gerrit Schimmelpenninck, in 1804 overleed, kocht hij een dubbel graf in het koor van de Bergkerk in Deventer en liet op de grote grafzerk trots het familiewapen uitbeitelen met de familiespreuk HONOS ANTE DIVITIAS (eer voor rijkdom).

Enkele jaren daarvoor waren juist in opdracht van de overheid alle familiewapens op zerken en gebouwen weggehakt in het kader van de leuze van de Franse Revolutie ‘Vrijheid, gelijkheid, broederschap’. Daardoor is dit nu de enige zerk in deze kerk met een familiewapen en valt hij niet alleen op door zijn grootte, maar ook door zijn heraldieke pracht – een blijvend eerbetoon van een zoon aan zijn vader.

Afb. 3. Het huis waar Rutger Jan Schimmelpenninck op De Brink in Deventer opgroeide. 
Afb. 4. Boven de deur het familiewapen Schimmelpenninck: in zilver twee afgewende schuingekruiste zwarte sleutels.

Hoog water: jonkheer Van Grotenhuis verdronken

Afb. 1. Jonkheer H.M.J.F.E. van Grotenhuis (1890-1920). Foto part. coll.

In december 1918 werd jonkheer Henri Maria Joseph Franciscus Edmundus van Grotenhuis op 28-jarige leeftijd burgemeester van Angerlo, na eerst gemeente-secretaris in Borne te zijn geweest. Naast zijn burgemeesterschap was hij lid van de Ridderschap van Gelderland.

Op woensdag 14 januari 1920 zorgde het hoge water in de rivieren er voor dat de wegen naar Angerlo onder water stonden. Na een bezoek op woensdagavond aan de sociëteit te Doesburg besloot jonkheer Van Grotenhuis toch in het donker over de ondergelopen weg naar huis in Angerlo terug te fietsen. Terwijl hij door het water fietste, heeft hij waarschijnlijk de naastliggende diepe sloten niet kunnen onderscheiden. Hierdoor kwam hij in een sloot terecht en verdronk.

Pas op maandagmiddag, op de vijfde dag van zijn vermissing, vond men na lang dreggen de fiets en het lichaam van de jonkheer. Jonkheer Van Grotenhuis werd slechts 29 jaar oud. Op donderdag 22 januari werd in alle eenvoud zonder bloemen de “… innig geliefde Zoon en Broeder…” begraven op het R.K. Kerkhof van Gendringen, waarbij de burgemeesters van Wehl, Gendringen en Dinxperlo aanwezig waren, evenals enkele officieren uit het garnizoen te Doesburg – mogelijk degenen waarmee hij zijn laatste borrel genuttigd had in de herensociëteit van Doesburg.

Afb. 2. Het familiegraf Van Grotenhuis in Gendringen, dat in 1943 vernieuwd werd. De verdronken burgemeester van Angerlo ligt hier begraven met zijn vader, die burgemeester van Gendringen was, zijn moeder en enkele (jonggestorven) broers en zusjes.

 

Klein, kleiner, groots: de poppenhuizen van jonkvrouwe Lita de Ranitz herontdekt: Haags Historisch Museum – t/m 1 september 2024

Afb. 1. Jonkvrouwe Willemine Elisabeth Edzardine (Lita) de Ranitz (Den Haag, 4 maart 1876 – Amsterdam, 21 juli 1960) legateerde haar verzameling aan het Kostuummuseum in Den Haag. Later ging deze over naar de collectie van het Haags Historisch Museum, waar met name het grote poppenhuis een belangrijke plaats in de vaste opstelling inneemt. De collectie De Ranitz  bestaat uit poppenhuizen, kijkkasten, miniatuur-stijlkamers, en duizenden objecten, waaronder poppen, miniaturen, rariteiten, archeologische vondsten, kunstnijverheid, schilderijen, tekeningen en veel meer, met name uit de 19e– en vroege 20e-eeuw. Foto met dank aan het Haags Historisch Museum.

In september 1910 werd op een Haags huis in aanbouw de vlag gehesen. Het was een heel bijzonder huis: een moderne villa in miniatuur, gebouwd voor jonkvrouwe Lita de Ranitz. Het Grote Poppenhuis, zoals deze miniatuurvilla bekend werd, was voorzien van alle moderne gemakken: warm en koud stromend water, centrale verwarming, elektriciteit en zelfs al een stofzuiger voor de meid. Wat ontbreekt: ruimte voor een man en kinderen, daarover was de ongehuwde Lita zeer stellig.

Unieke kunstcollectie
Lita reisde vanaf 1910 heel Europa door op zoek naar miniaturen en kunst om haar villa in te richten. Voor het poppenhuis verzamelde ze een unieke collectie schilderijen op miniatuurformaat van onder anderen Anton Mauve, Johan Barthold Jongkind, Paul Joseph Constantin Gabriël, Floris Arntzenius, Lucie van Dam van Isselt en Hendrik Akkeringa. Het poppenhuis groeide uit tot een Haagse bezienswaardigheid: in 1911 tekende koningin-moeder Emma het miniatuurgastenboek en vervolgens werd het Grote Poppenhuis bezocht door een select gezelschap, van Louis Couperus tot Jan Toorop. Het huis had zelfs een eigen postadres voor de eigen poppenhuiscorrespondentie!

Tegenwoordig behoort het poppenhuis tot de topstukken van het Haags Historisch Museum. Het is uniek vanwege zijn kunstcollectie en het tijdsbeeld dat het oproept.

Nieuwe presentatie
Lita de Ranitz heeft nog meer nagelaten: zij bouwde een collectie op van twintig poppenhuizen, een groot aantal miniaturen, en diverse historische poppen. Jarenlang was de poppenhuiscollectie te zien op de zolders van het Haags Historisch Museum. In 2017 schitterde het Grote Poppenhuis voor het laatst in een tentoonstelling. Met een groeiend aantal bezoekers uit binnen- en buitenland ontstond de behoefte aan een nieuwe presentatie van de collectie van Lita de Ranitz. Op 18 november opent de tentoonstelling ‘Klein, kleiner, groots’ met een selectie uit deze unieke collectie.

Centraal staat het Grote Poppenhuis en de verhalen die het vertelt over het Den Haag van rond 1910: een tijd waarin de 19e-eeuw nog rondwaarde. Een tijd waarin moderne snufjes in het huishouden doordringen, maar de interieurs nog terugverwijzen naar vervlogen tijden. Waarin nog een duidelijk klassenverschil was tussen ‘mevrouw’ en de dienstbodes, maar waarin een ongehuwde rijke dame wel haar eigen leven kon vormgeven.

Deze vervlogen tijd van ‘upstairs-downstairs’, waarin de levens van Lita en haar dienstmeid centraal staan, is onderwerp van de nieuwe tentoonstelling in het Haags Historisch Museum.

Poppenhuis-beleving
Uniek in de tentoonstelling is de interactieve ruimte, een ‘box’ waarin je je een reis door de tijd, ruimte en perspectief beleeft. Bezoekers kunnen hier door de wereld van Lita en haar dienstmeid reizen, van het Den Haag van toen tot de huidige stad. Niet alleen kinderen beleven plezier aan dit Poppenhuis-Panorama, maar ook ouders en grootouders kunnen rondkijken in deze eenmalige ‘beleving’, waarin de wereld van het Grote Poppenhuis van jonkvrouwe Lita de Ranitz zich opent.

Voor meer informatie en bezoekmogelijkheden, kijk op de website van het Haags Historisch Museum: https://www.haagshistorischmuseum.nl

Afb. 2. Het Grote Poppenhuis uit 1910 van jonkvrouwe Lita de Ranitz. Foto met dank aan het Haags Historisch Museum.

Freule Huyssen van Kattendijke en… ‘Happy New Year’ van ABBA

Afb. Het echtpaar Von Wartensleben von Flodroff-Huyssen van Kattendijke en het ‘’t Huijs Dort in Overijssel, aen de Regter Zijde’ door Abraham Rademaker (1685-1735) uit de collectie van het Rijksmuseum Amsterdam.

Traditiegetrouw plaatsen wij ook dit jaar weer dit verhaal op onze website: Johanna Margaretha des H.R. Rijksbarones Huyssen van Kattendijke (1691-1724) werd gedoopt op 18 juli 1691 in Middelburg, waarbij als getuigen twee familieleden optraden: Margaretha Huyssen van Kattendijke en de aangehuwde mr. Johan de Mauregnault, heer van Philipsland. Zij groeide op in Middelburg in een rijke en invloedrijke familie en haar vader was onder meer burgemeester van Middelburg. Haar oud-tante Margaretha des H.R.Rijksgravin von Flodroff née des H.R. Rijksbarones Huyssen van Kattendijke adopteerde haar, waardoor zij erfgename werd van kasteel Dorth in Gorssel en andere rijke goederen.

Op 19 maart 1706 huwde zij veertien jaar oud de Duitser Carl Sophronius Philipp des H.R. Rijksgraaf von Wartensleben und Flodroff (1680-1751) en door dit huwelijk kwam kasteel Dorth in het bezit van de Wartenslebens. Hij had als jongeman in Utrecht en in Leipzig gestudeerd en trad als kamerjonker in dienst van de Hertog van Sachsen-Gotha. In latere jaren werd hij kamerheer van de Koning van Pruisen en had hij een glansrijke carrière als Minister aan het Koninklijk Pools en Keurvorstelijk Hof van Saksen en als gezant bij het Hof van St. James in Londen. Op zijn portret staat hij afgebeeld met het Johanniterkruis en de Poolse Orde van de Witte Adelaar, terwijl zijn echtgenote met rijke juwelen getooid is, waaronder een aigrette met paarlen en veren in ‘t haar.

Hun enige dochter Amalie Esperanca des H.R. Rijksgravin von Wartensleben und Flodroff (1715-1787) trad op 7 juni 1743 op kasteel Dorth in het huwelijk met Heinrich IX des H.R. Rijksgraaf Reuss (1711-1787) en hun rechtstreekse nakomeling Heinrich Ruzzo Prins Reuss, Graaf von Plauen (1950-1999), huwde in 1992 Anni-Frid Lyngstad, die jarenlang van de succesvolle popgroep ABBA deel uitmaakte (u weet wel, zij was degene met het rode haar).

AiN dankt u hartelijk voor het volgen, reageren, doneren en het geven van tips in het afgelopen jaar, en wenst u een Vorstelijk 2024 toe en een… Happy New Year!

Oud & Nieuw en het ‘Feithenlied’ van de jonkheren Feith

Afb. Mr. Rhijnvis Feith (1753-1824), portret door Willem Bartel van der Kooi, part. coll.

Ook dit jaar plaatsen wij, traditiegetrouw, weer dit bericht. Mr. Rhijnvis Feith (1753-1824) verwierf grote bekendheid als schrijver en dichter en vaak wordt in kerken op oudejaarsavond zijn ‘Uren, dagen, maanden, jaren, vliegen als een schaduw heen’ gezongen.

Nakomelingen van hem werden in de jaren 1901-1905 in de Nederlandse adel verheven met het predikaat jonkheer en onder hen leeft het lied voort als het ‘Feithenlied’. Het wordt nog steeds gezongen bij bijzondere familiegebeurtenissen en ook vanavond zullen er Feithen zijn die het zingen.

Voor wie het lied wil horen, kan het hier beluisteren:

Voor wie het mee wil zingen, volgt hier een wonderschone uitvoering op viool met orgelbegeleiding en met daaronder de tekst:

Uren, dagen, maanden, jaren,
vliegen als een schaduw heen.
Ach, wij vinden, waar wij staren,
niets bestendigs hier beneen!
Op de weg, die wij betreden,
staat geen voetstap die beklijft.
Al het heden wordt verleden,
schoon ‘t ons toegerekend blijft.

Voorgeslachten kwijnden henen,
en wij bloeien op hun graf.
Ras zal ‘t nakroost ons bewenen:
‘t mensdom valt als blaad’ren af.
‘t Stof, door eeuwen saamgelezen,
houdt hetzelfde graf bewaard.
Buiten U, o eeuwig Wezen, ach,
wat was de mens op aard!

Dat de tijd hier ‘t al verover’,
aan geen tijdperk hangt mijn lot.
Gij, Gij blijft mij altijd over,
Gij blijft eindeloos mijn God.
Welk een ramp mij hier ook nader’,
‘k vind in U mijn rustpunt weer.
Gij blijft in uw Zoon mijn Vader,
wat verander’, wat verkeer’.

Vader, onder al mijn noden,
Vader, onder heil en straf,
Vader, ook in ‘t rijk der doden,
Vader, ook in ‘t zwijgend graf,
waar ik ooit verand’ring schouwe,
Gij, o God, houdt eeuwig stand.
Ook mijn stof rust op uw trouwe,
sluimert in uw Vaderhand!

Snelt dan, jaren, snelt vrij henen
met uw blijdschap en verdriet.
Welk een ramp ik moog’ bewenen,
God, mijn God, verandert niet!
Blijft mij alles hier begeven,
voortgeleid door zijne hand,
schouw ik uit dit nietig leven
in mijn eeuwig vaderland.

Hoogste bezoekersaantal Menkemaborg in twintig jaar

Afb. Op vrijdag 7 juli van dit jaar vond op de Menkemaborg de overdracht plaats van het portretje van Mellina Alberda van Nijenstein door de stichting Adel in Nederland aan het Groninger Museum/de Menkemaborg. V.l.n.r. Ellen Versélewel de Witt Hamer, jonkheer Tom Versélewel de Witt Hamer (vice-president Ridderschap van Groningen), Afiena van IJken (directeur Menkemaborg), Egge Knol (conservator Groninger Museum), Harrie Sienot (bestuursecretaris Stichting Museum Menkemaborg, John Töpfer (directeur stichting Adel in Nederland) en Fred van der Kamp, medewerker en rondleider op de Menkemaborg. Foto met hartelijke dank aan Hans Hampsink.

UITHUIZEN – Museum Menkemaborg heeft in 2023 ruim 28.000 bezoekers getrokken. Dat is het hoogste aantal in de afgelopen twintig jaar. De Groningse borg blijkt met nieuw beleid sinds het aantreden van directeur Afiena van IJken jaarlijks in staat het bezoekersaantal te laten stijgen.

In 2023 lanceerde de Menkemaborg een nieuwe website en organiseerde het museum een tentoonstelling over de Grand Tour, de Europareis die jonkers in de achttiende eeuw na hun studietijd maakten. Op Tweede Pinksterdag werd de Menkemaborg derde in de landelijke verkiezing Het meest romantische kasteel van Nederland, en is daarmee het meest romantische kasteel boven de grote rivieren. Ook ontving de borg dit jaar een schenking van een portretje van Mellina Alberda van de Stichting Adel in Nederland.

In het najaar werd de te verschijnen publicatie over de Menkemaborg door historicus Martin Hillenga gelanceerd. En begin december kwam de borg veelvuldig in het nieuws met de inzending van het bolle buikjesrecept, mogelijk het oudste Nederlandse poffertjesrecept, voor de wedstrijd voor het beste kasteelrecept van Nederland.

“Het gehele jaar liepen de bezoekersaantallen al voor op vorig jaar. De tweede editie van het Hogelandster Kerstival, een kerstmarkt en festival georganiseerd door de Handelsvereniging Uithuizen, zorgde voor een mooie eindsprint. Maar liefst 4.500 bezoekers brachten op 16 december een bezoek aan het borgterrein,” aldus directeur Van IJken.

Voor 2024 staan er wederom interessante projecten op de planning. Zo zal vanaf 1 maart de tentoonstelling Heer en knecht. De Alberda’s en hun personeel, te zien zijn. In januari en februari is de borg zoals gebruikelijk gesloten voor onderhoudswerkzaamheden.

Nieuwe magazine AiN: jaargang 6, nummer 2

Afb. In deze uitgave een artikel door Willem te Slaa, directeur Stichting Slot Zuylen, over de tentoonstelling ‘Met Van Tuyll aan tafel’, die nog t/m 14 januari op Slot Zuylen in Oud-Zuilen nabij Utrecht te zien is. Voor meer informatie over deze tentoonstelling zie Tentoonstelling – Kasteel – Slot Zuylen

De stichting Adel in Nederland (AiN) informeert in de ruimste zin over adel in Nederland: boeken, tentoonstellingen, symposia, veilingnieuws, genealogisch nieuws, actualiteiten, enz. Dit gebeurt via onze website en social media, maar ook via ons digitale magazine dat per mail aan onze donateurs wordt toegestuurd.

Dit magazine verschijnt drie keer per jaar en hier staan de verhalen, nieuwsberichten en foto’s in die voor het grootste deel niet op onze website en social media zijn terug te vinden.

Ook u kunt donateur worden. Voor 17,50 euro per jaar wordt u donateur, blijft u berichtgeving op onze website en social media mogelijk maken en ontvangt u drie keer per jaar ons digitale magazine in uw mailbox. Voor meer informatie mail naar: info@adelinnederland.nl.

Inhoudsopgave jaargang 6, nummer 3

Met Van Tuyll aan tafel. Dineren en ontvangen in Slot Zuylen, door Willem te Slaa MA

Keizerlijk huwelijk in Beloeil – met een Nederlands tintje, door John Töpfer

Presentatie Nederland’s Adelsboek 11 mei 2023, door jonkheer dr. ing. Tom Versélewel de Witt Hamer

Twee zusjes Crommelin, door mr. Evert Paul Veltkamp

Tentoonstellingen Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier, door John Töpfer

Tulpenbal

Geboortes

Verloofd

Huwelijken

Huwelijk in het Huis Beieren met een telg uit de patriciaatsfamilie Evekink, door John Töpfer

AiN: nieuw record bezoekersaantallen

Afb. 1. De fraai gedekte kersttafel op de Menkemaborg. De Menkemaborg in Uithuizen werd dit jaar Vriend van de stichting Adel in Nederland. Nog tot en met 31 december is hier de tentoonstelling “Grand Tour. De Groninger Elite op reis” te zien. Ook is een winters bezoek in de tuin de moeite waard. De vormen van de formele tuin zijn zichtbaar gebleven door decoratief geschoren buxus- en taxushagen. De Menkemaborg is te bezoeken op dinsdag t/m zondag van 10:00-16:00. In januari en februari is de borg gesloten. Kijk voor meer informatie op de website van de Menkemaborg. Foto met hartelijke dank aan de Menkemaborg.

De Stichting Adel in Nederland (AiN) werd opgericht op 29 februari 2016 en is de formele voortzetting van de op 23 september 2012 als groep op facebook gestarte webpagina Adel in Nederland. De interesse in onze berichtgeving en artikelen is eigenlijk vanaf het begin af aan groot geweest, maar nog steeds groeit het aantal bezoekers van onze website en social media.

Nieuw record
Deze maand is er een nieuw record bereikt op onze facebookpagina: worden onze berichten meestal door ruim 136.000 mensen per maand gezien, in deze decembermaand werden onze berichten 151.775 keer bekeken!

AiN in getallen
* een website met ruim 40.000 bezoeken per maand
* een facebookpagina met 7.771 volgers en ruim 150.000 bezoeken per maand
* een Instagramaccount met 1.333 volgers
* een Twitteraccount met 1.188 volgers

Heel hartelijk dank voor uw belangstelling voor onze berichtgeving! Wij hopen dat u ons ook in 2024 blijft volgen en misschien zelfs wilt steunen door donateur te worden van onze stichting. Voor 17,50 euro per jaar steunt u ons in onze werkzaamheden en ontvangt u drie keer per jaar ons digitale magazine in uw mailbox vol adellijke verhalen, nieuwsberichten en foto’s die u voor het grootste deel niet op onze website en social media kunt terugvinden. Mail voor meer informatie naar info@adelinnederland.nl.

Wij wensen u voor nu een hele goede jaarwisseling toe!

Nina & Frederik – Mary’s Boy Child

Frederik Jan Gustav Floris baron van Pallandt (1934-1994) vormde met zijn Deense echtgenote Nina Magdalene barones van Pallandt née Möller (1932) in de jaren zestig het succesvolle duo Nina & Frederik. Samen traden zij wereldwijd op tot zelfs in de Verenigde Staten toe. Begeleid door Frederik op gitaar zong het duo o.a. veel folkloristisch geïnspireerde liedjes, maar ook het bekende ‘Mary’s Boy Child’ werd door hen vertolkt.