Jacoba de Jonge-de Meijere schenkt unieke 18e eeuwse sprei aan kasteel d’Ursel in België

Afb. 1. Kasteel d ‘Ursel was vanaf 1608 familiebezit en diende tot 1973 als zomerresidentie van de Hertogen d’Ursel. Na de verkoop werd het, na eerst jaren verwaarloosd te zijn, gerestaureerd en opengesteld voor het publiek. Dankzij een uiterst belangrijk bruikleen van Stéphane Hertog d’Ursel keerde enkele jaren geleden familieportretten, meubelen, boeken, enz, terug op het kasteel.

Op 15-jarige leeftijd begon voor mr. Jacoba de Jonge née de Meijere, echtgenote van jonkheer mr. Johan de Jonge, de magie voor kleding uit vroegere eeuwen, toen zij op zolder een jurk uit de 19e eeuw van haar oudtante aanpaste. Enkele jaren later koos zij dan ook deze jurk uit, toen zij bij de erfenisverdeling iets mocht uitkiezen – het werd het begin van haar verzameling.

Zij specialiseerde zich uiteindelijk in de 18e en 19e eeuw en kreeg veel kleding, die veelal door de gegoede burgerij werd gedragen, ten geschenke van nakomelingen. In haar bezit was ook een grote rok, die gemaakt bleek te zijn van een palempore, een beddensprei, die tussen 1720 en 1750 in India beschilderd was. Ondanks de toepassing als rok en jarenlang verblijf in de verkleedkist, bleek deze palempore nog in zeer goede staat.

Zij leende hem uit voor een tentoonstelling op kasteel d’Ursel in Hingene en heeft hem nu geschonken aan het kasteel, waar deze nu permanent een muur van de bibliotheek siert. Kasteel d’Ursel was eeuwenlang de zomerresidentie van de Hertogen d’Ursel. Charles Joseph hertog d’Ursel werd in 1816 door Koning Willem I benoemd in de Ridderschap van Antwerpen, waarmee hij en zijn nakomelingen nog steeds tot de Nederlandse adel behoren. Bij de Belgische Opstand van 1830 koos de familie voor de Belgische nationaliteit en maakt sindsdien deel uit van de Belgische adel.

Link naar een artikel online met foto’s: https://www.hln.be/bornem/kasteel-dursel-ontvangt-unieke-18de-eeuwse-sprei-van-verzamelaarster-ik-kan-het-geen-mooiere-toekomst-geven-dan-in-het-kasteel~a088c372/

Benieuwd naar deze belangrijke schenking? Kasteel d’Ursel in Hingene nabij Antwerpen is te bezoeken! Tot 9 oktober is er de geweldige tentoonstelling ‘PRINT&PAINT. 350 jaar bloemen op katoen’ te zien, waarbij de unieke collectie beschilderde en bedrukte katoenen stoffen uit de collectie van de Hertogen d’Ursel te zien is. Enkele kamers in het kasteel zijn voor het eerst publiek toegankelijk. Kijk op deze website voor meer informatie https://www.kasteeldursel.be

Afb. 2. Kasteel d’Ursel bezit een unieke collectie textiel. Hier één van de salons met de originele wandbespanningen.

Boekennieuws: Van macht naar folklore (2). Heerlijkheden in de provincie Utrecht na de Franse Tijd

Afb. 1. Jonkheer Robert Quarles van Ufford (links), voorzitter van de Nederlandse Kastelenstichting, ontvangt het eerste exemplaar van ‘Van macht naar folklore (2). Heerlijkheden in de provincie Utrecht na de Franse Tijd’. In het midden de auteur Peter de Jong en rechts Corné de Keizer van Uitgeverij Pictures Publishers.

Na het eerste deel over heerlijkheden in Zuid-Holland na de Franse Tijd is nu deel twee verschenen over heerlijkheden in de provincie Utrecht. Op 18 juni jl. werd het eerste exemplaar aangeboden aan jonkheer Robert Quarles van Ufford, voorzitter van de Nederlandse Kastelenstichting, op kasteel Amerongen.

In de tweede helft van de achttiende eeuw ontstond in Nederland een nieuwe politieke stro­ming, die van de patriotten. Zij waren fel gekant tegen het Oranjehuis, dat gesteund werd door de prinsgezinden. De patriotten konden de macht grijpen dank zij de inval van een Frans leger onder Pichegru in de winter van 1794 op 1795. Prins Willem V vluchtte naar Engeland en de Ba­taafse Republiek werd opgericht. Het was niet veel meer dan een vazalstaat van Frankrijk. Ook hier werd de leus vrijheid, gelijkheid en broederschap uitgedragen en moesten de zitten­de magistraten het ontgelden. Vooral op bestuurlijk gebied werden er grote veranderingen door­gevoerd. Met name het plattelandsbestuur werd volledig anders ingericht. Dorpen waren meer dan 1000 jaar bestuurd als heerlijkheden. Daarbij had een particulier, de zogenaamde heer, alle zeggenschap over het bestuur en dat niet alleen met betrekking tot de uitvoerende macht, maar ook tot de wetgevende en de rechterlijke macht. En dit strookte natuurlijk niet met het gedachtegoed van de Franse Revolutie. Met de Staatsregeling van 1798 werden heer­lijk­heden dan ook afgeschaft.

De titel van het boek lijkt hiermee volledig in tegenspraak. Dat er na de Franse Tijd toch nog spra­ke was van heerlijkheden, heeft te maken met de restauratie die altijd volgt op een revo­lutie. Er wordt terugverlangd naar de oude toestand, althans voor een deel. Met de rechtspraak was het echter definitief gedaan en het bestuur werd overgenomen door gemeentebesturen. Wat overbleef was het recht tot benoeming van lagere ambtenaren en het voordragen van hogere ambtenaren, zoals de burgemeester, voor 1825 nog schout genoemd. Met de nieuwe grondwet van 1848 van Thorbecke verviel ook dit laatste restje macht van de heer. Wat toen nog overbleef waren zakelijke rechten, zoals het tiendrecht.

Het begrip heerlijkheid bleef echter in gebruik. Talrijk zijn de krantenberichten waarin open­bare verkopingen van ambachtsheerlijkheden worden aangekondigd of tiendrechten in een heer­lijkheid worden verpacht of verkocht. Ook komt men verslagen tegen van de feestelijke in­huldiging van ambachtsheren en in overlijdensadvertenties komt men ook nu nog de aan­duiding ‘heer van …’ tegen. Dit alles heeft niets meer van doen met de macht van de heren maar veel meer met het vasthouden aan oude tradities en met folklore. En een enkele keer is nog sprake van bezittingen van rechten of onroerend goed.

Link naar de website van de uitgever met bestelmogelijkheid https://www.picturespublishers.nl/product/van-macht-naar-folklore2

Benieuwd naar deel 1? Kijk dan op https://www.picturespublishers.nl/product/van-macht-naar-folklore/

 

Maandag 4 juli: afloop timed-online veiling bij Veilinghuis Korendijk met schilderij door jonkvrouwe Miems van Citters

Afb. ‘Plaat bij Grevelingendam’door jonkvrouwe Miems van Citters. Foto met hartelijke dank aan Veilinghuis Korendijk.

Op maandag 4 juli loopt er een Timed-online veiling af van kunst, antiek, zilver, schilderijen, enz. in allerlei prijsklassen bij Veilinghuis Korendijk, dat een dependance is van het Zeeuws Veilinghuis in Middelburg. Lees het verhaal bij het schilderij door jonkvrouwe Miems van Citters hieronder en kijk voor de online catalogus om te zien wat er verder geveild wordt op https://korendijk.cloudcatalogus.nl/Home/Catalog

Lotnummer 904 betreft een olieverf op doek getiteld ‘Plaat bij de Grevelingendam’ door Miems van Citters. Jonkvrouwe Anna Cornelia (‘Cora’/’Miems’) van Citters werd geboren op 3 mei 1936 in Burgh als dochter van jonkheer Albert van Citters (1905-2008) en Ida Honorine Stephanie Bolomey (1904-1992). Haar vader stamde uit een Zeeland zeer bekende regentenfamilie en een voorvader werd in 1823 verheven in de Nederlandse adel. Haar vader was in de jaren 1937-1960 burgemeester van Burgh. Haar moeder stamde uit een patriciaatsfamilie uit het Blauwe Boekje en was de dochter van een luitenant-kolonel bij de artillerie. Haar voorvader was de bekende hofschilder van Stadhouder Willem V: Benjamin Samuel Bolomey (1739-1819).

Kunst zat dus in haar genen en al op jonge leeftijd begon zij met tekenen. In haar herinnering begon dit met een rood potlood, dat zij kreeg van de juffrouw van de lagere school, en waarmee zij mocht gaan tekenen. In 1955 begon zij aan Academie des Beaux Arts in Geneve met modeltekenen en in 1956 vervolgde zij haar opleiding aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag. Hier kreeg zij les in tekenen, schilderen, grafiek, boetseren en monumentaal. Zij kreeg lessen van o.a. Paul Citroen, Rijn Draaier, Dirk van Gelder, Aart van Dobbenburg, Herman Berserik, Dirk Bus, van Haren en Kromjong.

In de jaren 1961-66 was zij docente aan de Vakschool voor meisjes te Goes, Haamstede en Zierikzee en in 1968 werd zij werkzaam bij Monumentenzorg aan de St. Lievensmonstertoren te Zierikzee, onder leiding van de beeldhouwer Philip ten Klooster. Daarna volgde in de jaren 1966-71 reizen naar England, Amerika, Canada, Frankrijk, Italia en Zwitserland, waar zij Dame Barbara Hepworth, Henry Moore, Gerard Class, Elsa Mehuw en Sepp Weiss bezocht. Van 1975 tot 1989 was zij docente aan de Dr. Henri van der Hoeven kliniek te Utrecht.

In voorgaande jaren kreeg zij vele opdrachten voor portretten in olieverf , aquarel, krijt hout en brons, ontwierp grafstenen en maakte beelden in opdracht. In 2000 ontving zij de Jacob Cats prijs. Miems van Citters exposeerde in Nederland, Canada en Engeland en heeft in haar lange carrière als kunstschilderes en beeldhouwster een enorme staat van dienst in de Zeeuwse kunstwereld opgebouwd.

Het schilderij meet 59×59 cm, is getiteld ‘Plaat bij de Grevelingendam’, is gesigneerd en wordt getaxeerd op 200-300 euro. Veilingopbrengst: 85 euro.

Benieuwd naar wat er verder geveild wordt bij Veilinghuis Korendijk? Kijk dan in de online catalogus https://korendijk.cloudcatalogus.nl/Home/Catalog

Hieronder een filmpje dat ter gelegenheid van de 75ste verjaardag van Miems van Citters werd gemaakt:

Blauw Bloed: bezoek aan het Tulpenbal

Afb. 1. Rick Evers (rechts), royal reporter voor onder meer Blauw Bloed, in gesprek met Clemens van Steijn, de grote organisator van dit weekend en het Tulpenbal. Screenshot met dank aan Blauw Bloed.

Royal reporter Rick Evers was voor Blauw Bloed op zaterdag 28 mei aanwezig op het Tulpenbal en deed uitgebreid verslag over dit weekend vol activiteiten met als hoogtepunt het Tulpenbal in de Koepelkerk in Amsterdam. In deze aflevering spreekt hij met organisator Clemens van Steijn, Alexander Erfprins van Mecklenburg, Michael Hertog van Mecklenburg en Nicolae Prins van Roemenië. De aflevering is online terug te zien via deze link en is een aanrader om te kijken!  Link: https://www.npostart.nl/blauw-bloed/24-06-2022/VPWON_1339065

Afb. 2. Interview met Nicolae Prins van Roemenië, terwijl op de achtergrond een internationaal, select gezelschap zich levendig met elkaar aan de dinertafel onderhoudt.

 

Venduehuis dinsdag 28 juni: afloop online Classical Paintings and Drawings veiling met werk van Anthon ridder Van Rappard

Afb. 1. ‘Boot bij meer’ tekening met potlood door Anthon Gerard Alexander ridder van Rappard (18581892). Foto met hartelijke dank aan het Venduehuis in Den Haag.

Op dinsdag 28 juni loopt bij het Venduehuis in Den Haag de Classical Paintings and Drawings online veiling af, met o.a. werk van ridder van Rappard. Lees het verhaal hierbij hieronder en kijk voor de online catalogus om te zien wat er verder geveild wordt op https://wavemaker.venduehuis.com/auction?auction=491

Lot 168 betreft een tekening ‘boot bij meer’ door Anthon Gerard Alexander ridder van Rappard (1858-1892). Anthon van Rappard werd geboren in 1858 in Zeist als zoon van mr. Frans Alexander Lodewijk ridder van Rappard (1828-1888) en Susanna Adriana Carolina Lantsheer (1832-1902). Zijn voorouders stamden uit Duitsland en een voorvader vestigde zich in Nederland, waar hij in 1789 grootburger van Utrecht werd. Deze voorvader werd in 1823 ingelijfd in de Nederlandse adel. De vader van Anthon was in de jaren 1861-1863 gemeentesecretaris en gemeenteontvanger van Zeist en werd vanaf 1879 commies-chartermeester van het Oud Provinciaal Archief in Utrecht. Daarnaast was hij in de jaren 1865-1866 lid van de gemeenteraad van Zeist en ook was hij jarenlang voorzitter van het Genootschap Kunstliefde in Utrecht. De moeder van Anthon stamde uit een patriciaatsfamilie uit Middelburg, die is opgenomen in het Blauwe Boekje, en zij was de dochter van de burgemeester van Middelburg.

In dit traditionele milieu groeide hij op en het leek in de lijn der verwachting te liggen, dat hij net als zijn grootvader, vader en oudste broer rechten zou gaan studeren. Hij koos echter voor de kunst. Hij werd opgeleid bij Lourens Alma Tadema (1836-1912), de Nederlands-Britse kunstschilder, die eind 19e eeuw tot de meest gerenommeerde schilders in Groot-Brittannië gerekend werd. Anthon van Rappard was zeer gedreven om zichzelf te ontwikkelen en zo volgde hij zelfs nog enkele jaren voor zijn overlijden nog weer cursussen op de Academie in Amsterdam tussen studenten die vele jaren jonger waren.

Hij raakte bevriend met Vincent van Gogh, wiens mentor hij werd. Deze vriendschap zou stuklopen op een misverstand in hun brieven. Toch zou hij jaren later, toen er in Den Haag een tentoonstelling met werk van de inmiddels overleden Vincent van Gogh te zien was, zeer verheugd zijn over de grote belangstelling en zag dit als een persoonlijk succes. Anthon van Rappard schilderde in de stijl van de Haagse School en schilderde veel portretten en landschappen. Hij werd, net als zijn vader, voorzitter van het Genootschap Kunstliefde in Utrecht.

Een tijdgenoot zei over hem: “Zelf iemand van een streng en zeer nobel karakter, streefde hij vóór alles naar karakter in zijne kunst. Hij had geen blijde ziel en zijne kunst was er geene van lachende schoonheid, van kleurverrukking; zij had niets decoratiefs (…) Zijne kunst was bij uitnemendheid naïef, zoowel in de uitdrukking van sentiment als in het blijkbaar streven naar kracht.”

Anthon van Rappard huwde dertig jaar oud in 1889 de 35-jarige Henriette Elisabeth del Campo genaamd Camp (1854-1910), dochter van een luitenant-kolonel en een Van Rappard, waardoor zij verwant aan elkaar waren. Haar familie is opgenomen in het Blauwe Boekje van het Nederland’s Patriciaat. Hun huwelijk zou kinderloos blijven en niet heel lang duren. In 1892 overleed Anthon Gerard Alexander ridder van Rappard op 33-jarige leeftijd. Zijn weduwe overleefde haar ‘innig geliefde Echtgenoot’ achttien jaren en overleed in 1910.

De potloodtekening meet 13×22 cm en wordt getaxeerd op 300-400 euro. Veilingopbrengst: 160 euro. Naast dit lot is er op deze veiling ook nog lot 437 met twee voorstudies voor etsen door Anthon van Rappard. Deze werden verkocht voor 180 euro.

Benieuwd naar wat er verder nog geveild wordt op deze Classical Paintings and Drawings online veiling van het Venduehuis in Den Haag? Kijk dan in de online catalogus op https://wavemaker.venduehuis.com/auction?auction=491

Afb. 2. Zelfportret Anthon Gerard Alexander ridder van Rappard – https://www.centraalmuseum.nl/nl/collectie/28509-zelfportret-anthon-gerard-alexander-ridder-van-rappard, Publiek domein, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=36378962

27 t/m 30 juni: timed online veiling Veilinghuis Van Spengen met portretten echtpaar Sprenger-jonkvrouwe De Jonge

Afb. 1. Gerard Jacob Sprenger (1806-1878) en echtgenote jonkvrouwe Anna Petronella Dana de Jonge (1806-1888). Foto met hartelijke dank aan Veilinghuis Van Spengen.

Van 27 t/m 30 juni loopt er een timed online veiling af bij Veilinghuis Van Spengen in Hilversum met kunst, antiek, zilver, porselein, juwelen, enz. Tot de aangeboden kavels behoren o.a. portretten van de patriciaatsfamilie Sprenger, waaronder het echtpaar Sprenger-jonkvrouwe De Jonge. Lees het verhaal hierbij hieronder en kijk voor de online catalogus voor wat verder geveild wordt op https://vanspengen.cloudcatalogus.nl/Home/Catalog

Kavel 1319 betreft de portretten van Gerard Jacob Sprenger (1806-1878) en echtgenote jonkvrouwe Anna Petronella Dana de Jonge (1806-1888). Hij stamde uit een patriciaatsfamilie in het Blauwe Boekje. Zijn vader, Johan Jacob Sprenger (1782-1855), was maire en provisioneel schout van Oostkapelle, lid van de Fa. Spoors en Sprenger en lid Gedeputeerde Staten van Zeeland. Daarnaast was hij voorzitter van de Centrale Directie van Walcheren (polder Walcheren) en van de Kamer van Koophandel in Middelburg. Zijn moeder, Digna Johanna Meyners (1780-1850), was vrouwe van Duinbeek en bracht deze buitenplaats met zijn karakteristieke torentje als erfdochter in de familie Sprenger. Waarschijnlijk waren het zijn ouders die bij Duinbeek de landschapstuin lieten aanleggen, die helaas bij de inudatie van Walcheren in 1944 verloren ging.

Gerard Jacob Sprenger werd, evenals zijn vader, lid van de Fa. Spoors en Sprenger. Daarnaast was hij lid van de Raad van Middelburg, Gedeputeerde bij de Staten van Zeeland en luitenant-kolonel bij de Schutterij in Middelburg. In 1833 huwde hij jonkvrouwe Anna Petronella Dana de Jonge en samen kregen zij zeven kinderen.

De portretten worden getaxeerd op 200-300 euro. Veilingopbrengst 115 euro. De portretten van het echtpaar Sprenger-Meyners zijn verkocht voor 410 euro. Op deze zelfde veiling worden meerdere portretten uit de familie Sprenger aangeboden, waarmee aan een kleine familiegalerij een einde lijkt te komen.

Benieuwd naar wat er verder bij Veilinghuis Van Spengen in Hilversum geveild wordt? Kijk dan in de online catalogus https://vanspengen.cloudcatalogus.nl/Home/Catalog

Afb. 2. Johan Jacob Sprenger (1782-1855) en echtgenote Digna Johanna Meyners (1780-1850), vrouwe van Duinbeek. Foto met hartelijke dank aan  Veilinghuis Van Spengen.

Zondag 3 juli: timed online veiling Veilinghuis Peerdeman met de stoel met familiewapen van jonkheer Storm van ’s Gravesande

Afb. 1. Een indrukwekkende armfauteuil in historiserende stijl met familiewapen Storm van ‘s Gravesande –  een zetel om gasten mee te kunnen imponeren. Foto met hartelijke dank aan Veilinghuis Peerdeman in Utrecht.

Op zondag 3 juli loopt er een timed online veiling af bij Veilinghuis Peerdeman in Utrecht met kunst, antiek, design, sieraden en ook deze stoel met familiewapen van jonkheer Storm van ’s Gravesande. Lees het verhaal hieronder en kijk voor de online catalogus van Veilinghuis Peerdeman op https://veilinghuispeerdeman.nl/main.php?mode=catalogselect

Lotnummer 2412 betreft, volgens de omschrijving van het veilinghuis, een ‘Gestoken gezwart houten armfauteuil bekroond door het familiewapen van storm van ‘s Gravesande, geflankeerd door een leeuw en een paard, eind 19e eeuw, vermoedelijk afkomstig uit kasteel Den Bramel of Huis Kiefskamp, Vorden’. AiN gaat er met 99% zekerheid vanuit dat deze stoel afkomstig is van Den Bramel uit het bezit van jonkheer Imilius Frederik Storm van ’s Gravesande.

Jonkheer Imilius Frederik Storm van ’s Gravesande (1822-1891) stamde uit een oude regentenfamilie uit Delft. Zijn vader werd in 1842 in de Nederlandse adel verheven en sindsdien was hij jonkheer. Hij leidde het leven van een landedelman, dankzij het fortuin dat hij via de familie van zijn moeder geërfd had en bewoonde het kasteeltje Den Bramel in Vorden, dat zijn vader in 1824 gekocht had. Hij werd in Vorden lid van de gemeenteraad en later zelfs wethouder. Daarnaast was hij president-kerkvoogd van de hervormde gemeente in Vorden en plaatsvervangend kantonrechter in Lochem.

Den Bramel werd aan de smaak des tijds aangepast en aan de achterzijde verrees een uitbouw om meer ruimte te scheppen voor het groeiende huishouden. Uiteindelijk zouden er acht kinderen geboren worden, waarvan de eerste helaas dood geboren werd. In het huis hingen vele portretten van illustere voorouders in de vrouwelijke lijn uit de geslachten De Kempenaer, Fagel, Van Heeckeren en Van Gronsfeld-Diepenbroeck.

Deze portretten zullen zeker zijn interesse in zijn voorgeslacht gestimuleerd hebben en het is bekend dat hij een actief genealoog en heraldicus was. Op Den Bramel hingen meerdere ingelijste stambomen en kwartierstaten, die de bezoekers geïmponeerd zullen hebben met de afkomst van jonkheer Imilius. In 1888 bezoekt dominee Jacobus Craandijk Den Bramel, waar hij met “… gulle Geldersche gastvrijheid…” wordt ontvangen. Hij beschrijft het interieur: “Een zeer groote vestibule beslaat de geheele diepte van het gebouw tusschen de beide aan den achtergevel uitspringende vleugels en is smaakvol met antieke meubels en jagttrofeën versierd. Aan de eene zijde liggen achter elkander twee fraaije zalen, ruime vertrekken, in den stijl der 17de eeuw gemeubeld en met een groot aantal portretten.”

Deze armfauteuil in historiserende stijl met het familiewapen Storm van ’s Gravesande zal zeer waarschijnlijk in opdracht van jonkheer Imilius gemaakt zijn en deel hebben uitgemaakt van de rijke aankleding ‘in den stijl der 17de eeuw’.

De armfauteuil wordt getaxeerd op 400-600 euro. Veilingopbrengst 750 euro.

Benieuwd naar wat er verder geveild wordt op zondag 3 juli bij bij Veilinghuis Peerdeman in Utrecht? Kijk dan in de online catalogus op https://veilinghuispeerdeman.nl/main.php?mode=catalogselect

Afb. 2. Den Bramel omstreeks 1870, voor de grote verbouwingen door jonkheer Imilius Storm van ‘s Gravesande, die hier rechts te zien is. Jonkheer Imilius lijkt hier in de voordeur te staan, maar dit is een tuinbeeld, dat in de familie de ondeugende bijnaam ‘Oom Imilius in z’n blootje’ kreeg.