Zomeravondwandeling Werkgroep Adelsgeschiedenis in Zwolle

Afb. 1. Links  architectuur- en bouwhistoricus Ben Olde Meierink en rechts jonkheer Arnold Gevers, groot kenner van de Overijsselse havezaten en buitenplaatsen, tijdens de inleiding in de Grote Sociëteit. Zij namen de aanwezigen mee op deze zomerwandeling en deelden hun grote kennis.

De Werkgroep Adelsgeschiedenis (www.adelsgeschiedenis.nl) is opgericht in 1993 en heeft als voornaamste doel het bevorderen van de beoefening van en de kennis over de geschiedenis van de (Nederlandse) adel. Dit doet de werkgroep door middel van het uitgeven van het Jaarboek Virtus en monografieën in de Reeks Adelsgeschiedenis. Daarnaast organiseert de werkgroep symposia om het contact tussen onderzoekers en belangstellenden te vergroten. Ook organiseert ze voor haar leden excursies.

Afb. 2. De hal in de Grote Sociëteit, de 17e eeuwse stadsresidentie van het adellijke geslacht Van Haersolte, met de unieke plafondschildering. In het midden de oorlogsgod Mars met in de vier hoeken oorlogsattributen.

Op woensdagavond 6 juli jl. was er een zomeravondwandeling in Zwolle, dat in het verleden ook wel het ‘Den Haag van Overijssel’ werd genoemd, door zijn vele grote herenhuizen en lommerrijke stadsparken. De ontvangst was in de Grote Sociëteit in de Koestraat 8, waar eens het adellijke geslacht Van Haersolte resideerde en waar één van de mooiste geschilderde plafonds van Nederland uit de 17e eeuw te vinden is. Het plafond werd geschilderd in opdracht van de familie Van Haersolte.

Afb. 3. De stadsresidentie aan de Blijmarkt van Anthonie Swier van Haersolte, heer van Elsen, Bredenhorst, Zwaluwenburg en Staverden (1690-1733), gehuwd met Coenradina Wilhelmina van Dedem (1701-1751). Het zeer brede huis, waar voordien drie huizen gestaan moeten hebben, is kort na 1720 gebouwd en de gevel werd eind 18e eeuw aangepast. Hun zoon Coenraad Willem van Haersolte, heer van Elsen, Bredenhorst, Staverden en Zwaluwenburg (1727-1799) veroorzaakte in zijn tijd veel opschudding, toen hij als weduwnaar van Lutera Anna Agatha van der Capellen (1735-1770) hertrouwde met de gouvernante van zijn kinderen.

Hierna volgde een wandeling langs de herenhuizen van bekende adellijke Overijsselse geslachten als Van Dedem, Van Haersolte, Van Rechteren, Van Ittersum en Van Raesfelt, maar ook van regentengeslachten als Van Sonsbeeck, Greven, Feith, Van Braam en Vriesen, waaruit sommige nakomelingen tot de Nederlandse adel zijn gaan behoren.

Afb. 4. Het stadspaleis in de Kamperstraat van Christiaan Albert Hendrik des H.R. Rijksgraaf van Rechteren, heer van Collendoorn (1711-1747). Na het overlijden van zijn Zeeuwse niet-adellijke echtgenote Margaretha Elisabeth van de Perre (1705-1743) hertrouwde hij freule Johanna Elisabeth Adriana van Lintelo  (1716-1753). Hun beider wapens zijn bovenaan in de middenpartij aangebracht. De kroon dateert uit de 19e eeuw, toen het huis in gebruik was als hotel met de naam De Keizerskroon.
Afb. 5. Links naast de Bethlehemskerk in de Sassenstraat het Hof van Ittersum met de imponerende pronkgevel uit 1571. Deze pronkgevel doet niet vermoeden hoe groot het achter- en opzij liggende complex eens was. Het Hof van Ittersum was het grootste woonhuis van Zwolle en vanaf 1383 tot 1735 woonde hier het geslacht Van Ittersum. In de zaal rechts naast de voordeur vergadert de Ridderschap van Overijssel.
Afb.6. De imposante voorgevel van het woonhuis van de regentenfamilie Feith. De bekendste bewoner is wel mr. Rhijnvis Feith (1753-1824), die als schrijver en dichter grote faam geniet. Hij was burgemeester van Zwolle, maar verbleef liever op zijn buitenplaats Boschwijk. Het huis was al in het bezit van zijn ouders, het echtpaar Feith-Spaer, en hun beider wapens zijn in het stucwerk in de gang aangebracht. Alle huidige jonkheren en jonkvrouwen Feith stammen van dit echtpaar af.
Afb. 7. Het Hof van Suythem werd in de loop der eeuwen door vele vooraanstaande geslachten bewoond, waaronder het geslacht Van Raesfelt, die het hof het huidige aangezicht gaf.